Het begin was erg ongelukkig voor ons. De Atjehers waren veel sterker dan wij dach ten. Onze opperbevelhebber Generaal Köhler sneuvelde. Het slechte weer deed de rest. Wij moesten terug. Wij hadden de nederlaag geleden. Maar wij gaven het niet op. Een nieuw leger werd in gereedheid gebracht. Aan het hoofd kwam te staan Generaal Van Swieten. En nu is gisteren het telegram gekomen, dat we de kraton hebben veroverd. De kraton is de hoofdplaats van de vijand. Nu zal de oorlog gauw uit zijn. Toen nog geen drie jaar geleden, de Duitsers Parijs hadden ingenomen, was de Frans-Duitse oorlog ook gedaan. Wij hebben een grote overwinning behaald. Nu mogen we feest vieren.' Ja, we wisten er wel wat van, al was het niet veel. We hadden de jongens, die voor kolo niaal getekend hadden, gezien, arm in arm, half dronken en al maar zingend: We gaan naar Atsjen toe, En dat mooie lied was een straatdeun geworden. Je hoorde het nu overal. In die tijd had je nog straatliedjes, ieder jaar een ander. Nu maken de auto's herrie genoeg. Wie zingt er nu nog op straat! Ze horen je toch niet! De meester deelde liedjes uit, die pas aangekomen waren, liedjes op oranjepapier. Wijze: 'De Koning leev' stond erboven. Wij zongen dapper: 's Avonds was er grote optocht met fakkellicht en muziek. Ik ben met Vader wezen kij ken. Ik heb de stoet de Spoelingbrug zien afkomen. Hij kwam uit de Doelen, waar de schutters exerceren. Daar werden alle optochten in mekaar gezet. Hoog in de lucht droegen mannen grote transparanten. Daarop stond het grote feit in woord en beeld: portretten van Koning Willem III en Koningin Sophie, portretten van Generaal Van Swieten en zijn staf; gloeiende opschriften voor het Indische leger, voor de Opper bevelhebber, voor Oranje en Nederland; en niet te vergeten: de Kraton is gevallen! de Kraton is gevallen! Heerlijk, dat nu de oorlog gedaan was! Lieve mensen, hij begon pas. Treurig bewijs van de onkunde onzer landgenoten in alles wat onze koloniën betrof. Atjeh was niet overwonnen, maar gordde zich aan tot de strijd op leven en dood. De oorlog zou nog tot 1903 duren! Het tweede nationale feest, nog in hetzelfde jaar, was het 25-jarig regeringsjubileum van Koning Willem III op de 12de mei 1874. We zijn ons leven moe, we schieten met kruit en lood, de Atsjinezen dood! 't Is feest in 't land, 't Is feest in 't land: De kraton is gevallen! Van Swieten hield weer dapper stand; Hij liet niet met zich mallen. Dat de oude held gezegd zij, dat wensen en dat bidden wij. Vier feest, Schiedam! Vier feest, Schiedam! Wilt allen vrolijk zingen! Nu deze tijding tot ons kwam, kan ieder dansen, springen. Dat de oude held gezegd zij, dat wensen en dat bidden wij. 170

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1990 | | pagina 30