En in de spaarzame tijd die er overbleef schilderde Octave. Dan leefde hij zich uit in een stijl die geïnspireerd was door de Haagse school, de idolen uit zijn jeugd. Soms was er geld voor een kort uitstapje naar Parijs, na Rotterdam de stad waar hij het meest van hield. Daar voelde hij zich de echte artiest. Het potlood brandde in zijn borstzakje als hij door de straten van Monmartre liep. En in snelle lijnen, of tref zekere aquareltoetsen, legde hij die bruisende omgeving vast. Haastig, om het beeld van dat moment niet te laten vervluchtigen. Zo vervlogen de jaren. Met als resultaat een ongelooflijke produktie aan tekeningen, aquarellen en in mindere mate ook schilderijen. Langzaam maar zeker droogde de bron op. De slijtage kreeg vat op Octave, die tot op hoge leeftijd hard moest blijven werken omdat hij nog zo laat kinderen had gekregen. Hij bleef zijn rondjes maken door de stad, maar zijn tred werd langzamer en langza mer. Vlak voor zijn tachtigste verjaardag was de kaars opgebrand. Wat Schiedam na zijn dood restte was een gigantisch oeuvre. Voor het grootste gedeel te opgeslagen bij het gemeentearchief, dat ook veel van zijn krantetekeningen had opgekocht. Wat kunnen we nu van dat werk zeggen? Allereerst dat Octave DeConinck een scherp waarnemer was. Hij keek naar de om geving om hem heen zoals weinig anderen. En ook in de meest eenvoudige dingen zag hij steeds weer het verrassende, het aansprekende. Dat was op zich een gave. Daarnaast had hij een trefzekere hand, die razendsnel kon vastleggen wat zijn oog waarnam. Niet alleen zuiver wat vorm en verhouding betreft, maar altijd met een artistieke lading. Octave DeConinck was een vakman, die het ambacht beheersde. Maar het was lo gisch dat lang niet alles wat hij produceerde van dezelfde kwaliteit was. Dat kon ook niet bij die produktie. Een produktie die noodzakelijk was omdat hij drie opgroeien de kinderen had. Octave kon zich niet de luxe permitteren om dagen en weken met een en hetzelfde werk bezig te zijn of te wachten tot het heilige moment van de grootse inspiratie daar was. Bij het bekijken van al die tekeningen en aquarellen is heel duidelijk te zien waar het ambachtelijke de overhand had, en waarde artistieke bevlogenheid. Maar een ding is zeker, het werk komt nooit beneden een zeer aanvaardbare ondergrens, terwijl er schitterende uitschieters naar boven zijn. Het is rechtvaardig om zijn kunstenaar schap vooral aan de hand van die uitschieters te beoordelen en zijn andere werk te be schouwen in het licht van de huisvader die, met veel plezier overigens, zijn arbeid in dienst van zijn gezin verrichtte. Je zou Octave DeConinck een sub-topper kunnen noemen in zijn genre. Met mo menten dat hij bovenin de ere-divisie vertoefde. Zoals ook zijn liefde op voetbal- gebied: Sparta. Voor Schiedam was en blijft hij echter een uniek kunstenaar. Want er is geen stad die zo minitieus en volledig in een bepaalde periode door een kunstenaar is vastgelegd. Er is geen opvallende plek in de stad of Octave DeConinck heeft er gestaan met zijn schetsboek en potlood in de aanslag. 173

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1991 | | pagina 17