van Gedelegeerden trad, wanneer de Volksraad niet bijeen was, als zaakwaarnemer
voor dit lichaam op en deed spoedeisende gevallen af. Het bestond uit de voorzitter
van de Volksraad plus 20 leden uit die Raad. De Volksraadleden ontvingen 30,
voor elke dag waarop werd vergaderd. De Gedelegeerden daarentegen ontvingen het
riante salaris van 1.000,per maand, plus een eventuele standplaatstoelage en een
schadeloosstelling voor gederfde inkomsten. Geen wonder dat Verboom zijn baan bij
het Suikersyndicaat opzegde, toen hij Gedelegeerde werd (vergelijk zijn salaris in
1912 als onderwijzer te Amsterdam!)
Tweede huwelijk
Op 10 mei 1935 treedt Jan Verboom, dan 44 jaar, te Den Haag in het huwelijk met Ma
ria Frederika Wangka, geboren te Kuma op het eiland Sangihe, residentie Manado
(Celebes) op 25 april 1902. Verboom zelf was merkwaardig genoeg niet bij de plechtig
heid aanwezig. Waarom het huwelijk in Den Haag plaatsvond is niet duidelijk. Hij
werd vertegenwoordigd door zijn zwager Jan Gantvoort. Volgens overlevering heeft
Verboom zijn tweede vrouw leren kennen als medewerkster van het Suikersyndicaat,
waarvan hij bij zijn huwelijk nog steeds secretaris was. Zij koesterde voor hem de
verering die een secretaresse voor haar chef heeft, ook na zijn dood nog. Waar
schijnlijk had Verboom zo iemand aan zijn zijde nodig. Het echtpaar had geen kin
deren. Marie Wangka overleefde hem, en overleed uiteindelijk op 70-jarige leeftijd te
Duivendrecht op 6 april 1973.
Politiek leider
Op 11 juli 1935 houdt Verboom zijn maiden-speech in de Volksraad bij de Algemene
Beschouwingen. Hij vindt dat Nederland te weinig voor Indië doet.
'Het ontbreekt ons als Nederlands volk aan koloniale allure, zoals de Engelsman dat
heeft', meent hij. Hij is nu de politiek leider van de Vaderlandsche Club, en zijn in
vloed breidt zich nog uit. Per 1 januari 1936 wordt hij redacteur van het partij-orgaan
'Nederlandsch-Indië'. Korte tijd later wordt hij ook ondervoorzitter van het
Hoofdbestuur, onder Van Holst Pellekaan. Blijkbaar heeft hij dan geen bezwaar meer
tegen een accumulatie van functies. Tevens wordt hij lid van de Commissie ter herzie
ning van het kiesstelsel in Indië (voorzitter: mr. W.H. van Helsdingen) en van de
Raad van Advies voor de Omroep. Mei 1936 maakt hij een propaganda-reis naar Su
matra, waar hij met zijn lezing 'Onze defensie, een onontkoombare noodzaak en een
onafwijsbare plicht', diverse plaatsen aandoet. Met het onderwerp 'defensie' raken we
één van de stokpaardjes van Verboom. Hij spreekt hierover ook zijn bezorgdheid uit
in de Volksraad. Het behoud van Nederland's positie in het verre Oosten hangt vol
gens hem teveel af van de vriendschap met Groot- Brittannië. Ook roept hij vaak op
tot versobering, omdat de toonverschillen te groot zijn. In Indië verdient een inheem
se arbeider op dat moment normaliter 2,5 cent per dag, terwijl in de Europese
landbouw 6 a 8 cent per dag zou worden verdiend, d.i. 2,5 a ruim driemaal zo veel (ver
gelijk ook zijn eigen salaris!)
In 1936 wonen Verboom en zijn vrouw reeds in Batavia-Centrum, op het adres Kra-
matlaan 5. In het voorjaar van 1937 maakt hij een propaganda-reis door Oost- en
Midden-Java met de lezing 'Koloniale plicht', ook een onderwerp waar hij telkenma-
183