Volgens overlevering was Andries vd Most destijds getuige geweest voor de bruid bij
het huwelijk van Johannes Comelis Janssen met Leontine Elisabeth van der
Linde.
Hun zoon Andries van der Most junior werd geboren te Soerabaja 30-3-1941.
De economische crisis heeft de Indische samenleving zeker niet onberoerd gelaten.
Wanneer en waarom Andries van de handel naar het ambt van deurwaarder is over
gestapt is niet bekend. Wel weten wij dat hij 2-12-1938, ruim 54 jaar oud, wederom een
vrijwillige verbintenis aanging bij het KNIL als sergeant bij het Reserve Korps voor
de tijd van driejaren. Het KNIL stamboek vermeldt, dat hij voor zijn in dienst treding
in 1938, buitengewoon deurwaarder bij de Raad van Justitie was.
De verbintenis met het KNIL is na expiratie van zijn contract op 2-12-1941 (vijf dagen
voor Pearl Harbour!) op een of andere wijze verlengd, want Andries werd 10-3-1942
krijgsgevangen gemaakt te Bangkalan op Madoera. Gedurende zijn krijgsgevangen
schap zat hij op Java tot aan het einde van de oorlog.
Na de capitulatie van Japan deed hij weer dienst in het KNIL tot het bittere eind.
Andries van der Most vertrok met zijn gezin op 13-11-1950 per ms Tabinta naar
Nederland.
Bij aankomst in Nederland werden zijn tijdelijke dienstverrichtingen bij de
Koninklijke Landmacht beëindigd, zoals dat eufemistisch werd omschreven in
het stamboek.
Zo stond 21 december 1950, de op één maand na 67 jaar oude, sergeant van der Most
na bijna 22 jaar weer op de vaderlandse keien, maar nu zonder inkomsten!
Het gezin woonde achtereenvolgens te Ermelo, Assen en Slochteren. Andries is over
leden in Winschoten 4-1-1967. De weduwe is na de dood van haar man naar haar
zoon Andries van der Most Jr. getrokken die in de Rotterdamse agglomeratie woon
de. Zij overleed te Rotterdam 15-7-1968.
Sergeant A vd Most met zijn wouw L.E. vd Linde in Holland, december 1950
153