£chiedM&
^orrtRO^
Y3W&C?
Op 7januari 1876 werd het bekende hart label van de Kuyper onder nummer 232 in het Britse 'List of
Applications for the Registration of Trade Marks under the Trade Marks Registration Act, 1875' inge
schreven. Hierbij staat als opmerking bij dat het merk al vijftig jaar in gebruik is. Het hart merk wordt
nog wel gebruikt en is daarmee één van de wereld 's oudste nog in gebruik zijnde merkbeelden en dit geldt
zeker voor Hollands Geneva' zoals de omschrijving van het produkt is. In de loop der jaren hebben
tientallen inbreuken plaats gevonden op het merk en het bedrijf hield dit nauwkeurig bij en de maatre
gelen daartegen genomen. De lijst wordt geopend metA.C.A. Nolet (juni 1889) met de opmerking dat
ditA.C.A. Nolet etiket ook in Australië en Canada door de autoriteiten is geweigerd. Andere Neder
landse bedrijven zijn v. Berckel Co. Delft (overeenkomst om het etiket niet meer te gebruiken). Van
Duiken Weiland (toen nog in Rotterdam, hoewel er Schiedam op het etiket staat, later vestigde het be
drijfzich wel in Schiedam) had het afgebeelde etiket in 1884 in Canada laten registreren en de Kuyper
heeft er toen tevergeefs actie tegen gevoerd. Maar om onduidelijke reden moest van Duiken het hart
etiket toch terugtrekken en in januari 1895 liet John de Kuyper Son haar etiket, zonder oppositie van
van Duiken, in Canada registreren. Andere inbreuk etiketten waren van John van Kulen Son Rotterdam
en John D. Keiser& Son Amsterdam maar misschien waren dit wel fantasie (of schuil-) namen van een
binnen of buitenlands bedrijf.
Omstreeks maart 1903 moest James A. Hartopp Leicester (Engeland) niet alleen 30 aan proceskosten
betalen maar ook al haar inbreuketiketten overdragen. Deze voerden denaam 'John Schiedam Co',
wel een bewijs dat ook in Engeland Schiedam stond voor jenever. Tegelijkertijd moest ook de Midland
Brewerij Company in Leicester die ook de naam John Schiedam Co vermeldt op haar hart etiket alle
etiketten vernietigen. (Dit waren inbreuk no. 64 en 65).
Overigens noemden de Kuyper nog meer dan een halve eeuw nadat ze zich in Schiedam had gevestigd
(1911) Rotterdam als plaats van vestiging op haar etiketten. Dit had waarschijnlijk met ingeschreven
merken waar 'Rotterdamop stond, te maken. Dit was in tegenstelling tot andere bedrijven die soms
Schiedam vermelden, terwijl zij elders gevestigd waren, of alleen hier een branderij bezaten.
7
