VIJF EN TWINTIG JAAR ORGELMUZIEK IN HET STEDELIJK
MUSEUM
Kees Passchier
Binnenkort zal het 25 jaar geleden zijn, dat het Bestuur van de vereniging 'Vrienden van
het Stedelijk Museum te Schiedam' zich bereid verklaarde de maandelijkse orgelconcer
ten in de Aula van het Stedelijk Museum te organiseren. Aanleiding hiertoe was de gron
dige restauratie van het historische orgel in de Aula gedurende 1968 door Ernst Leeflang
B.V., orgelbouwers te Apeldoorn. Uiteraard beantwoordt een dergelijke restauratie pas
aan zijn doel wanneer het instrument daarna regelmatig te beluisteren valt. Bovendien is
een geregelde bespeling gunstig voor het behoud van het orgel. Vandaar, dat het Ge
meentebestuur zocht naar een instantie, waaraan de organisatie van orgelconcerten kon
worden toevertrouwd. Een verzoek van College van B W heeft het Bestuur van de ver
eniging doen besluiten deze taak op zich te nemen. Tijdens een feestelijke bijeenkomst
op 8 november 1968 werd het gerestaureerde instrument voor het eerst bespeeld door
drie organisten, t.w.: S.W.J. Schade van Westrum, J.A. Remmerswaal en Jacq. P. Bek
kers. De toenmalige burgemeester H. Roelfsema hield een toespraak, waarin hij de
geschiedenis van het St. Jacobs Gasthuis met orgel verwerkte. Intussen was afgesproken,
dat het Bestuur voortaan op de derde zaterdagmiddag van elke maand orgelbespelingen
zou verzorgen. Na het voorbereidende werk vond de eerstvolgende bespeling in februari
1969 plaats.
Hoe is de Aula aan dit klankjuweel gekomen?
Sedert 1686 kerkte de Waalse Gemeente (toen de 'Franse kerkce' genoemd) in de kapel
van het St.Jacobs Gasthuis en in 1770 vraagt het Kerkbestuur aan de Gasthuisregenten of
er bezwaar bestaat tegen plaatsing van een orgel. Daarna volgt een verzoek aan het
Gemeentebestuur om een openbare inschrijving te mogen houden ten einde geld voor dit
doel bijeen te brengen. Wanneer in 1771 ook de Hervormden bereid zijn financieel bij te
dragen - mits zij het toekomstig orgel voor hun 's zondagse vroeg-predicatie mogen
gebruiken - geeft de Waalse Gemeente opdracht aan Godefridus van Zeiand te Rotter
dam tot de levering van een éénklaviers-instrument voor de overeengekomen prijs van
1.756,-, exclusief plaatsing en schilderwerk. Deze orgelbouwer laat na enige tijd
weten, dat hij niet in staat is de afspraak na te komen; waarschijnlijk om gezondheidsre
denen want kort daarna is hij overleden. In verband hiermede gaat de opdracht naar de
Goudse orgelbouwer H.H. Hess, die het orgel in augustus 1773 oplevert. De officiële
ingebruikneming vindt plaats op 9 september d.a.v.. De uiteindelijke prijs bedroeg
1.800,-; plaatsen en schilderen 320,-. Het diner in de St.Jorisdoelen na afloop van de
ingebruikneming kostte 67,-!In de totale uitgaven paste de stad 400,- bij. Met het
oog op de grote verbouwing en uitbreiding van het St.Jacobs Gasthuis door de
Rotterdamse stadsarchitekt D.J.F. Giudici wordt het orgel in 1785 gedemonteerd en tij
delijk opgeslagen. Het bouwplan voorziet in een linkervleugel als mannenafdeling en
een rechtervleugel voor de vrouwen; centraal er tussen de Gasthuiskapel. Deze werk
zaamheden werden voltooid in 1787. Herplaatsing van het orgel volgt in 1793 door de
Haagse orgelbouwer Joachim Reichner; 350,-. Gasthuis, kapel en orgel zijn sindsdien
186