later toch weer met zo intense aandacht het reliëf geboetseerd heeft voor dit medaillon).
Op een ander idee, nl. voor een steen aan de gevel van het huis op de Hoogewoerd,
waar HaverSchmidt als student woonde, reageerde de zoon met minder bezwaren.
'Hoewel ik U eerlijk moet zeggen dat ik er weinig voor voel. M.i. wordt de dichter Piet
Paaltjens meer geëerd door het lezen en herlezen in de binnenkamer dan door het plaatsen
van dergelijke monumenten'.
Ook Dyserincks derde voornemen om een tweede bundel (van 12) preken van
HaverSchmidt uit te geven strandde. Hij had zeker honderden preken gelezen en hoopte
vurig dat door de uitgave zijn vriend nog zou mogen spreken, ook na zijn dood. Maar van
de eerste bundel preken 'Uit Geest en Gemoed' lag nog een stapel onverkochte exempla
ren op de zolder van de uitgever Odé. En deskundige geestverwanten meenden, dat de pre
ken na zovele jaren een nieuwe generatie niet zo sterk zouden aanspreken, als toen ze -
bovendien - uitgesproken werden.
ik wilde voor U dat ik een ander mensch was', schreef Frank aan Dyserinck, 'en dat ik op
alle 3 vragen met volle sympathie met ja kon antwoorden. Wanneer ik volgens mijn hart
spreek, dan zeg ik het liefst: och, laten wij alles liever laten zooals het is!'
De aanbieding van het medaillon. Ds. A. van der Klaauw en ir. A.A. Jordaans van de
Stichting F. HaverSchmidt-herdenking en mevr. ir. K.K. Houweling van de Kerkvoogdij,
(foto: M.J.M. v.d. Feltz)
Alle briefwisseling daarover ligt nu in de archieven. Ere wie ere toekomt: dankzij
Dyserincks ijver bezitten wij deze mooie beeltenis. En wij nemen de woorden ter harte, die
hij bij de aanbieding in Leiden sprak:
'Zoo rijzen Frans HaverSchmidt en Piet Paaltjens onafscheidelijk voor mijnen geest. Wie
ter wille van eerstgenoemde den laatste uit het oog verliest, scheurt uit het geschiedboek
onzer Nederlandsche letteren eenige der schoonste bladzijden als met gulden letteren in
dicht geschreven in 'Snikken en Grimlachjes'; maar omgekeerd, wie laatstgenoemde ver-
56