wordt Freek verliefd op een Deens meisje. Terug op school is Bart er niet. "Ik ben naar Wladiwostok" (de verste uithoek die Bart zich kon bedenken) schreef Bart aan zijn moe der. Zo begint de zoektocht van Freek naar Bart. Bart wordt gevonden en Freek en Bart worden weer vrienden. In 1992 komt dit boek uit onder de nieuwe titel "Ik hou het voor gezien". Eigen ervaringen met reakties op Jan's vriendschap met een homosexueel waren de aanleiding tot dit boek. In 1984 verschijnt "Voor een halve zak drop", een kinderboek over een ontevreden jongen die uit balorigheid automaten kapot trapt en stenen door ruiten gooit. De jongen voelt zich behandeld alsof hij niets meer waard is dan een halve zak drop. Liefde van een meisje voor hem verandert alles en maakt een eind aan zijn baldadige verleden. In 1985 verschijnt "De opschepper", weer speciaal geschreven voor kinderen met een taalachterstand. Het gaat over een jongen die beweert alles te kunnen, maar de aanval door een ram in de wei doen de opschepper in het ziekenhuis belanden. Tekeningen van Chris Couvée verlevendigen dit boekje. "De knikker" uit 1986 is voor dezelfde kinderen met taalachterstand geschreven. Het gaat over de stotterende Johan die verliefd is op Suzan, maar alleen maar een kleur krijgt als zij naar hem kijkt. Als hij door een grote knikker kijkt ziet alles er anders uit. Het verandert zijn leven in de goede richting. Illustraties zijn van Doortje Hannig. Ook in 1986 verschijnt "Desnoods met geweld". Dit kinderboek is vermoedelijk de Zanger's bekendste werk. Het boek gaat over discriminatie van buitenlanders op school. Sandra Noya wordt lastig gevallen door een groepje onder de naam "White power" en haar vriend Lex Verschoor gaat aan deze aktiviteiten een einde maken, desnoods met geweld. De personage Mart Houtman ontleende Jan de Zanger aan de vroegere pianozaak op de hoek van de Singel te Schiedam en namen van bendeleden als Tjarda van Doorn, Hans Meulendijk, Rudy Pennings en Mijndert Westendorp werden verkregen door voor- en achternamen uit de lerarenagenda's van de Schiedamse HBS met elkaar te combineren. De Duitse vertaling van dit boek uit 1987 ("Dann eben mit Gewalt", vertaald door Siegfried Mrotzek) bezorgde de Zanger in 1988 de Gustav Heinemann Vredesprijs van de Westduitse deelstaat Nordrhein-Westfalen. Het idee voor het boek ontstond, toen een oud-leerling (inmiddels leraar maatschappij leer) vertelde wat hij op zijn school meemaakte. Het uitdelen van pamfletten door rechtse groeperingen op school werd door de leraar in de klas besproken en dit bracht alle voor oordelen tegen buitenlanders naar boven en in de schoolkrant verschenen racistische stuk ken. Jan werd zich hierdoor bewust van de op de muren gekalkte hakenkruizen en discri minerende leuzen. "Racisme is een sluipend gevaar. Het zit in allerlei kleine dingetjes om ons heen. In vooroordelen, moppen en grapjes" volgens De Zanger. In 1987 verschijnt het kinderboek "De twee-bloed", het vierde en laatste boek voor kinde ren met taalachterstand. De hoofdpersoon Roi is een halfbloed. Met twee vrienden en zijn hond betrapt Roi een drugsbende. In 1988 verschijnt "Dit been is korter". Het handelt over Ron Slot, een jongen met een handicap: z'n ene been is korter dan het andere. Verliefdheid en seksuele gevoelens van de 16-jarige Ron maken samen met het leren leven met een handicap het verhaal. 125

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1994 | | pagina 9