Arbeidersbeweging in Schiedam".
De grote verbetering is verkregen door middel van een werkstaking van vier dagen. Een
50-tal werklieden hebben de ellende en de gevaren ener staking getrotseerd. De
Rotterdamse bootwerkers hebben in deze zaak door hun iniatief en hun leiding een
belangrijke rol gespeeld. Zeer velen zijn daarmee weinig ingenomen en vragen wat zij
met ons Schiedamers te maken hebben. Naar onze mening ligt er schuld bij ons, niet bij
de bootwerkers. Laten wij erkennen dat wij door onze slaperigheid en angstvalligheid
reeds veel te lang ergerlijke toestanden hebben geduld en dat de bootwerkersafgevaar
digden hebben meegewerkt om ons de ogen wijd te openen en moed en kracht te geven tot
handelen.
Men verwijt de bootwerkers hun ruwheid. Niet ten onrechte, zij bezigen wel eens kracht
uitdrukkingen, die onverdedigbaar zijn en hun zaak meer schaden dan baten moeten.
Maar men moet niet vergeten dat hun opvoeding en hun arbeid nu juist niet geschikt zijn
fijn beschaafde gehandschoende lieden van hen te maken; dat zij spreken tot het volk,
dus terecht volkstaal bezigen en dat veel fabrikanten in deze dingen hardhorend zijn.
Bovendien is in het gedrag der bootwerkers zoveel toewijding, in hun taal zoveel humor
en gemoedelijkheid en zoveelpakkends, dat wij hun onze sympathie niet kunnen onthou
den. Het is toch niet billijk van hèn de volmaaktheid te eisen.
En hoe is het verder gegaan Op korte termijn eigenlijk een beetje triest. De NNBB had
besloten om zich voortaan tot de directe belangen van de bootwerkers te beperken. Hun
bemoeienis met andere vakgroepen was juist geboren uit de behoefte om gezamenlijk
een sterkere vuist te kunnen maken. De verschillende onderafdelingen-vakgroepen ver
dwenen soms in het niets of ging zelfstandig verder. Een bestuurder van de NNBB raad
de de kaarsenmakers aan aansluiting te zoeken bij de ANWV als zij zich als onderafde
ling wilden afscheiden. Al een paar maanden na oprichting van de vereniging bij Apollo
was van socialistische zijde gepoogd deze bij haar eigen organisatie te voegen, maar dit
was niet gelukt. De georganiseerde arbeiders wilden toen nog weinig van het socialisme
weten. Maar de kaarsnmakersvereniging viel zelf al spoedig uit een. Er kwam nu, naar
goed Nederlandse gewoonte, een nieuwe vereniging. Deze ging naar de directie om te
vragen om deze zich met de reglementen kon verenigen. Deze kon dat wel en daarmee
werd de nieuwe vereniging al direct ingekapseld.
19
BRONNEN
"De branderijen in Holland tot het begin der negentiende eeuw", P.J. Dobbelaar. Rotterdam 1930.
"De opkomst van de Arbeidersbeweging in Schiedam", B. Kedde. Schiedam 1956.
Schiedamsche Courant (SC)
Nieuwe Schiedamsche Courant (NSC)