Enkele branderij. Afbeelding uit "De Moutwijnindustrie te Schiedam eerder melasse gebruikt. Antwerpen was ook een grote jeneverstad geworden en vanaf 1835 waren er vijf grote geïntegreerde bedrijven met mouterij, gistfabricage en jeneverdistilleerderij waar veel met 'stoom' en met 'kolommen' werd gewerkt. De omzet van deze bedrijven bena derde de totale omzet van Hasselt waar de bedrijven niet zo zijn gegroeid. Aantallen In 1771 toen door een dreigend graantekort de brandewijnproductie tot de helft moest worden ingekrompen is het aantal branderijen in verschillende steden geïnventariseerd. Toen waren 166 van de bijna 200 branderijen in Holland in de drie Maassteden gevestigd. Voor de voor ziening van Holland en West Friesland waren toen 25 branderijen nodig, de rest (85%) werkte voor export. Schiedam: 122 branderijen, 228 ruw 133 dist.ketels Delfshaven: 22 branderijen, 49 ruw 25 dist.ketels Rotterdam: 22 branderijen, 47 ruwketels Weesp: 19 branderijen, 42 ruw 23 dist.ketels Keulen: ongeveer 91 branderijen Hasselt in 1774: 8 en in 179121 stokerijen. Buiten Holland is niet zo'n groot onderscheid tussen een branderij (moutwijn) en distilleerderij (jenever) geweest. In een branderij werd een 'ruwketel' voor de eerste stook gebruikt en een 'distilleerketel' voor verdere bewerking. In 1795 waren er in Weesp nog vijf branderijen. De neergang van Weesp was begonnen en Schiedam groeide. In dat jaar waren er in deze stad 188 branderijen, meer dan twee maal 26

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 1997 | | pagina 26