Recente foto van een ingang van het
Weeshuis
Van Oldenbameveldtstraat 83, later Eendrachtsstraat 6 te Rotterdam. De heer Van Schie krijgt
te horen dat de dan 16-jarige Gerrit een moeilijke jongen is.
Johanna
Eenmaal in het Weeshuis worden de kinderen De Kok overgeplaatst van de Eerste naar de
Tweede Openbare Tussenschool waar de heer J. van der Hout hoofd was. Het blijkt dat de
kinderen ondanks hun eenvoudige afkomst toch niet onbemiddeld waren. Zij blijken eigenaar
te zijn van hun ouderlijk huis aan het Broersveld no. 116 en van twee arbeiderswoningen aan
de Broersvest. Deze panden worden aanvankelijk door het Weeshuis verhuurd, maar in 1887
worden zij verkocht. Over Johanna geen negatieve berichten zoals over Gerrit. Op 1 maart
1893 - zij is dan veertien - gaat zij naar de Industrieschool aan de Schietbaanstraat in Rotter
dam. Het onderwijs sloot aan op de Lagere School en de nadruk lag op handwerken, naai- en
tekenles. Het schoolgeld bedroeg 15 gulden per jaar.
Ommekeer
Het jaar 1892 schijnt een ommekeer in het leven van Gerrit Verboom teweeg te hebben
gebracht. Was het de invloed van de heer Van Schie te Rotterdam die als eerste volwassene
zeer gunstig over hem oordeelt en hem bij voortduring een steuntje in de rug geeft blijkens zijn
maandelijks terugkerende positieve rapporten? Was het de invloed van het jonge meisje
Johanna de Kok die in mei haar intrede in het Weeshuis had gedaan? Hoe dan ook, Gerrit gaat
voor het eerst presteren. Hij gaat weg bij de firma Ingelse en werkt in de jaren 1893-'94
achtereenvolgens bij de bierbrouwerij van J.M. van der Schalk Co, de smederij van G.J.
Vincent Co. en de firma De Ridder Co. in Rotterdam. Gerrit is duidelijk in rustiger
vaarwater terecht gelomen. In april 1896 komt hij dan weer terug op de Ambachtsschool in
Rotterdam, waar hij zeker - gezien de lovende woorden van de heer Van Schie - zijn einddi
ploma heeft behaald. Op 27 mei 1896 heeft hij het Weeshuis verlaten, mèt een uitzet. Waar
schijnlijk is hij daarna in Rotterdam gaan wonen, maar daarover ontbreken sporen in het
Gemeentearchief van Rotterdam.
Op 4 augustus 1897 doet Gerrit, hij is dan 21 jaar, het verzoek aan de Regenten van het
Weeshuis om zich met Johanna de Kok te mogen verloven. Dit verzoek wordt toegestaan.
170