na het eten was er tijd voor kunst en literatuur in de studeerkamer. Als hij geen andere ver
plichtingen had schreef hij dan één uur of langer. De andere verplichtingen waren de deelname
aan het openbare en gezelligheidsleven, die in Prins' maatschappelijke positie onvermijdelijk
waren.
Arij Prins was politiek vooruitstrevend liberaal. In 1886 verheugde hij zich in de overwinning
die de liberalen haalden bij de verkiezingen. Op 16 juni 1893, verkiezingsdag in Duitsland,
liepen Arij Prins, zijn broer en Stürken de volkswijken van Hamburg af om tegen de socialis
ten te lobbyen.
In oktober 1886 verhuisde Prins naar het adres Alsterdamm 36 III te Hamburg, in november
1886 naar de Alter Jungfemstieg 33 III te Hamburg. Op 5 november 1886 schreef Prins over
al dat verhuizen aan Albert Verwey: "Dat is nu al voor de derde maal in een jaar, zoodat ik iets
van den wandelenden jood krijg". Eind 1892 was Prins mede-oprichter en bestuurslid van de
'Hollandsche Vereeniging' in Hamburg. Er woonden toen tamelijk veel Nederlanders in
Hamburg. De vereniging hield jaarlijks een 'buitenpartij'.
Op 22 februari 1893 overleed Arij's broer, de ingenieur dr. Carel Comelis Prins.
Op 20 mei 1893 verhuisde Prins naar de Heimweg 31 te Hamburg-Poseldorf.
Op 12 januari 1894 huwde Arij Prins met Petronella (Nelly) Alida Goudkade (1870-1956) te
's-Gravenhage. Er was geen receptie. Nelly was verpleegster en woonde te Den Haag. Ze
verpleegde broer Willem tijdens een ziekbed en maakte toen kennis met Arij Prins. De huwe
lijksreis was een driedaags verblijf in Arnhem. Arij kon niet langer van de zaak wegblijven en
het seizoen lokte ook niet om langer op reis te gaan. In januari 1894 was er een invasie van
vlooien in het echtelijk bed. Het bleek dat de meid Helma "een vent" in huis had gehaald. In
maart 1894 bleek de meid vertrokken. Ze had de familie Prins flink bestolen. De uitgaven voor
petroleum bleken van dien aard "dat een hotel ervan verlicht had kunnen worden". Direct na
haar vertrek bleken de vlooien mee vertrokken te zijn.
Begin oktober 1894 werd dochter Hendrika Aletta geboren. Op 1 mei 1895 verhuisde het
gezin naar de Bülantstrasse 1 te St. Georg, Hamburg. Er werd nog een dochter, Maria Jacoba,
geboren en in maart 1899 zag zoon Arij Carel het levenslicht.
In mei 1899 verhuisde het gezin naar Oldenfelde, Alt Rahistedt, Holstein. Het was aan de
Deense kant bij Hamburg, zo'n twintig minuten met de trein vanaf Hamburg. Arij Prins gaf als
reden: "'t is er vrij wat gezonder dan in het steeds vuiler wordende Hamburg". Het kantoor
was al eerder naar Alt Rahistedt verhuisd. In maart 1903 schreef Prins dat hij last had van
reumatiek. Van deze ziekte, die ineens was gekomen, had hij tot dan nooit last gehad. Ze
verhinderde hem om geregeld aan het werk blijven.
Op 1 juli 1903 werd het compagnieschap met Stürcken verbroken.Dit gebeurde overigens
zonder ruzie. Stürcken richtte met zijn schoonvader een nieuwe firma op, terwijl Arij zich
associeerde met zijn broer in de firma Prins Co.
Sportbemocienissen
In de vrije tijd was er ook vaak tijd voor sport. Al in Den Haag was Prins korte tijd bestuurslid
geweest van de eerste Haagse cricketclub samen met de bekende publicist Frans Netscher en
had hij zich met Netscher in Nederland al ingezet voor de in opkomst zijnde wielersport.
158
