ARIJ PRINS, ZAKENMAN, SCHRIJVER EN KUNSTVERZAME
LAAR
F.C. Noordegraaf jr.t
Frank Noordegraaf, overleden in 1995, had zijn studie over het leven en de werken van Arij
Prins toen al afgerond en vastgelegd in een groot artikel waarvan wij in het vorige nummer
het eerste deel publiceerden en dat voornamelijk de levensbeschrijving van Prins betrof. We
vervolgen met het tweede deel dat grotendeels het literaire werk van Prins behandelt.
De omgang met schilders
Arij Prins hield van kunst in allerlei vorm. Schilders van de 'Haagse School', die vooral
bekend werden door hun schilderijen van het gewone Nederlandse leven, kwamen in het
ouderlijk huis te Voorburg al op bezoek bij Arij's vader, terwijl moeder hen vaak aan tafel
nodigde. Zulke huisvrienden waren onder andere Tony Offermans, Theofile de Bock (1851-
1904), Marius van der Maarel (1857-1921), Gerke Henkes (1844-1927), Philippe Zilcken
(1857-1930) en Willem de Zwart (1862-1931), die allen in of dichtbij Voorburg woonden.
Zilcken maakte een illustratie in de bundel 'Uit het Leven' voor Prins, die in het klein voor
komt op een brief van Zilcken van 1 oktober 1885 aan Prins. Op 13 januari 1889 schreef De
Bock: "Sakkerloot, gij begeert geen kleinigheid". Het bleek dat Prins in Den Haag een Itali
aans primitief wilde aankopen. De Bock rekende het stuk tot de Venetiaansche of Florentijn-
sche school' van 1400, dat een episode uit de Kruistochten voorstelt. Later is dit schilderij
herkend als 'De verdediging van de Tiberbrug door Horatius Cocles' en toegeschreven aan S.
Croce, die in het begin van de 15e eeuw in Florence
werkte. Prins heeft dit werk tot z'n dood in bezit gehad.
Daarna is het voor een groot bedrag door het Rijk ge
kocht. Aan Tony Offermans liet Prins zijn werk wel
eens lezen en met hem maakte Prins uitstapjes in Den
Haag (koffiehuis Lincken in de Spuistraat), waar ze
onder anderen Willem Maris (1844-1910) en vermoe
delijk ook Anton Mauve (1838-1888) ontmoetten. Ook
in zijn Haagse tijd raakte Prins bevriend met de toen
nog beginnend schilder George Breitner (1857-1923),
die oorspronkelijk voor de handel was opgeleid en later
de voorman van 'de Amsterdammers' werd.
Arij Prins was in Hamburg begonnen met het opbou
wen van een grote verzameling schilderijen. Er werden
onder andere schilderijen van oude Hollandse meesters
gekocht. Ook werken van de Franse schilders Odillon
Redon (1840-1916), Gustave Moreau (1826-1898) en
de Belgische etser Félicien Rops (1833-1898) werden
Arij Prins
22