DE HEILIGE
TOCHT
nog wel over 3 maanden. Als voorhulp deden kaarsen wel dienst, zelfs werd er op theelichtjes
geroemd, al was er geen thee, doch dat in mijn jeugd bij kaarslicht werd geschreven en gele
zen, willen de oogen van tegenwoordig niet gelooven; en de verstrekking was nog een groot
moedigheid in deze karig gedistribueerde gemeente, waar bij 70 en 80 huizen tegelijk telkens
de gastoevoer werd afgesloten".
Pas in april 1920 bleek Hein Boeken aan Penning uit 'De Heilige Tocht' voor te lezen en
kreeg Penning voor het eerst op deugdelijke manier met de inhoud te maken. Op 11 mei 1922
schreef Penning aan Verwey: "Hoe ontstelde mij dat smartelijke heengaan van Ary Prins! Aan
zijn weduwe schreef ik in het uur der begrafenis waarbij Boeken - de vorigen avond ten onzent
- zijn korte woord oplas naar het schijnt onopgemerkt door een of meer verslaggevers".
Na terugkomst in Nederland in 1905 ontmoette Prins de dichter P.C. Boutens (1870-1943),
die een liefhebber van het werk van Prins bleek te zijn. In de zomer van 1908 bezocht Boutens
Prins voor het eerst te Schiedam. Boutens drong aan op een boekuitgave van 'De Heilige
Tocht'. Prins voelde er niet veel voor. Voortdurend aangespoord door Boutens kreeg Prins
toch lust in een uitgave, maar hij zag zwaar tegen de beslommeringen bij het persklaar maken
op. Boutens vroeg in 1910 Erduard Verbeke in Brugge, waar hij wel eens bibliofiele uitgaven
had laten drukken, om 'De Heilige Tocht' uit te geven. Op 10 januari 1911 kon Boutens Prins
al melding doen van een proefblad en op 16 februari van drukproeven. Boutens besliste over
het aantal uit te geven exemplaren en het zeer nauwgezet corrigeren gebeurde geheel door
hem. Wijzigingen bij de druk werden met Prins doorgenomen. Eindelijk kwamen de zeer
fraaie boeken in juli 1912 uit. Boutens had de boeken
na ruim veertien dagen allen verkocht. Op 29 septem
ber 1912 stelt Boutens Prins voor om een handelseditie
uit te geven. De Wereldbibliotheek weigerde aan Bou
tens de uitgave ("te zwaar"), maar P.N. van Kampen
stemde wel snel toe. In 1913 was het boek overal ver
krijgbaar. In een brief van 4 juli 1921 meldde Boutens
aan Prins dat Van Kampen een tweede druk overwoog.
Deze druk kwam echter pas na Prins' dood.
Op 21 maart 1920 hadden de naaste vrienden van Arij
Prins hem bij gelegenheid van zijn zestigste verjaardag
een feestmaaltijd aangeboden te 's-Gravenhage in hotel
'De Twee Steden'. Op initiatief van P.C. Boutens wer
den toen de jubilaris en diens echtgenote omringd door
Boutens, Jacobus en Titia van Looy, Heiman Robbers
en echtgenote, Top Naeff en echtgenoot dr. W. van
Rhijn en de dichter Frans Mijnssen (1872-1954) met
echtgenote. Lodewijk van Deyssel was niet uitgeno
digd.
Prins maakte deel uit van meerder jury's voor het toekennen van literaire prijzen. Ook particu
lier ontdekte en steunde Prins jeugdige schilders en schrijvers, die hij financieel voorthielp. In
Titelpagina van 'De Heilige Tocht
3e fis 4e) druk uit 1927
ARIJ PRiNS
derde: druk
MKT BBN VOORBERICHT DEN SCHRIJVER EN ZIJN
WERK BETREFFENDE DOOR
HEKMAN ROBBERS
mw
1927
AMSTERDAM
P. N. VAN KAMPEN ZOON
30