Het inmiddels afgebroken pand aan de Lange Kerkstraat met de gedenksteen.
(Foto: A.& H. Groeneweg, 1977)
De gedenksteen op de nieuwe lokatie (Foto.R. W. Poels, 1994)
Janskerk met Pieter van der Stael van Rotterdam.
Zij vertrekken met twee kinderen in 1656 naar de Kaap, waar Pieter van der Stael dienst
doet als ziekentrooster. Een ziekentrooster was een vlootpredikant, die o.a. aan boord van
schepen meevoer voor de geestelijke verzorging. In april 1658 richt hij in de Kaap een
school op om slaven Christelijk onderricht te geven, voornamelijk in de Hollandse taal.
Na het horen of leren van de gebeden werd aan iedere scholier als beloning; "een croesjen
brandewijn ende 2 duym tabacq" gegeven...
De grootvader van de vrouw van Jan van Riebeeck, Chrétien de la Queillerie, een
welgesteld en geleerd burger uit Boulogne kiest de zijde der Hugenoten en wijkt in 1572
(Bartholomeusnacht) uit naar Armentières (bij de Frans-Belgische grens).
In Armentières wordt hij predikant, maar vlucht vandaar met andere protestanten voor
Alva's inquisitie naar Londen. In 1574 komt hij weer naar Nederland en wordt
veldprediker bij de Waalse hulptroepen van de Prins van Oranje, waar hij tijdens een
veldtocht door de Spanjaarden gevangen wordt genomen. Hij wordt door de Prins
vrijgekocht voor honderd kronen en keert in 1578 terug naar Bondeu als vaste predikant.
Vier jaar later moet hij echter weer vluchten voor de Spanjaarden en woont en werkt als
predikant achtereenvolgens in o.a. Gent, Utrecht, Leiden, Bergen op Zoom en Dordrecht.
Uit het tweede huwelijk met Maria Polle worden vijf kinderen geboren, waarvan de zoon
Abraham te Dordrecht in 1589. Abraham de la Queillerie trouwt met Maria du Bois en
wordt in 1620 te Rotterdam als Waals predikant geïnstalleerd.
Zij krijgen drie kinderen, twee jongens en een dochter Maria, die op 28 oktober 1629
wordt geboren. Een jaar later sterft Abraham op de leeftijd van 41 jaar. Omdat haar twee
zoons aan de Universiteit in Leiden studeren, gaat de weduwe Maria du Bois daar wonen.
In oktober 1647 is zij met haar dochter naar Schiedam verhuisd, waar Maria in 1648 Jan
54
