renners die van "Schiedam" overgingen naar "De Coureur". De Kormanns, Pols, Van Aalst,
Heijster, Koevermans, Smit, Van Rijsoort, Piet van Dijk en de Dupons vormden de harde
kern van de opgerichte club in Vlaardingen. De R.C. "Schiedam" had een gevoelig verlies
geleden. Op 4 januari 1949 werd ten huize van Kormann een brief van het bestuur van de
R.C. "Schiedam" aan haar leden behandeld. Het had natuurlijk lucht gekregen van de
afscheiding en actie ondernomen. Het Coureurbestuur oordeelde toen dat "deze brief zo
stuntelig in elkaar is gezet, dat een redelijke repliek geen zin heeft". Kormann zond de brief
door naar de N.W.U. en gaf aan dat hij geen actie zou aanmoedigen om andere leden over te
halen van "Schiedam" over te stappen naar "De Coureur". Voor de home-trainerwedstrijden
werd een specialist in het bestuur uitgenodigd in de persoon van Kees Gog (oud-voorzitter
van de in 1939 opgenomen rennersclub "De Trekvogels" en oud-bestuurslid van de R.C.
"Schiedam") en voor de perscontacten benaderde men Henk van Munster (oud-voorzitter
van de fiisieclub in 1940 "De Zwaluwen" en journalist van Het Vrije Volk). Gog en Van
Munster, die beiden in Vlaardinger-Ambacht woonden, waren na de oorlog niet meer actief
in de wielersport in Schiedam. Van Munster was in de Vlaardingse politiek gegaan.
Het bestuur van de R.C. "Schiedam" zat met de gebakken peren. Zo goed en zo kwaad als
het ging krabbelde men organisatorisch weer op. De getrouwen van de club verreden eind
januari 1949 wedstrijden op de home-trainer. K. Proost, M. Letterman, J. Knijnenburg,
Boomsma, J. de Rooij, Smallegange, Penning en de aspirant junioren Baan en Doolaar vie
len in de prijzen Men versterkte de wedstrijdcommissie met een nieuwe voorzitter nl. P.J.
Scheffers: een oud-lid van voor de oorlog dat weer enthousiast gemaakt was. Met hem
probeerden Weijermans, Doolaar, H. Bijl, J. Knijnenburg, H. Breur en G. van Gaaien een en
ander weer op de rails te krijgen. Uiteraard vielen de prestaties van de renners bij de wed
strijden in 1949 tegen, maar men hield de moed er in en concentreerde zich op de organ
isatie van de 5e Ronde van Schiedam op 7 juli op een nieuw parcours rondom De Plantage.
De Schiedamse renners konden niet goed meekomen door ongetraindheid en uiteindelijk
won bij de amateurs A. Geluk uit Rotterdam en bij de nieuwelingen W. Verhoeven. Door de
vervelende gebeurtenissen in 1949 richtte men zich ook weer op het oude ideaal om een
wielerbaan te krijgen. Er werd regelmatig naar gevraagd. In augustus 1949 werd overigens
de vraag gesteld hoe het toch mogelijk was dat in de zomer tegen "De Coureur" gefietst
werd. Het bleek dat de uitnodiging van de Vlaardingers was uitgegaan. Het bestuur wist dat
in de buurgemeente "de rotte plekken er uitgesneden waren" - vermoedelijk door het vertrek
van voorzitter Kormann -de meeste leden er geen bezwaar tegen hadden en de contacten
zich alleen tot wedstrijden zouden beperken. Ondanks het verlies van leden groeide de club
toch iets en met de klasse-indeling van de R.C. "Schiedam" kon de vereniging 1950 met vol
doende hoop tegemoet zien: Jaap Weijermans, Kees Proost, Frits Proost, Meeuwis
Letterman, Nico Knijnenburg, Jaap Knijnenburg, Gerard van Gaaien, Henk Breur, Jarig de
Rooij, Bas Smalleganger, De Vette, Bouman, Elshout, Schippers, Bouwens, Groen, Van
Bockkom, Vassena, Stolk, Gardenier, Doolaar, Meijer, Huizer, Groenendaal en Kooijman
waren de renners waarmee een nieuwe start gemaakt werd.
(Wordt vervolgd)
143