grotere handelshuizen is Brelon echter geen lang leven beschoren. Wanneer op langere ter
mijn blijkt dat Teflon Tape op den duur uitdroogt en in tegenstelling tot natuurlijke vezels,
door trillingen lekkages gaat vertonen, grijpen veel installatiebedrijven toch weer terug naar
het vertrouwde pijpenhennep, soms zelfs op advies van de overheid die het gebruik ervan
bij trillingsgevoelige hogere gebouwen voorschrijft. Ter verfijning van de toepassing en om
marketingtechnische redenen wordt in 1990 pijpenhennep op handzame spoeltjes in een
kunststoffen dispenser geïntroduceerd.
Ondanks dat de fabriek bekend stond als vies en onveilig (menigeen heeft er in de draaiende
wielen en trommels een vinger of zelfs een hele hand verspeeld) hebben enkele honderden
Schiedammers, Rotterdammers en Vlaardingers er de kost verdiend, vaak meerdere leden
uit één gezin, soms van vader op zoon en meestal voor zeer lange tijd. Jubilea voor een
vijfentwintig-, dertig-, of zelfs veertigjarig dienstverband volgen elkaar in rap tempo op. Het
oude arbeidsregister somt vaak steeds weer dezelfde familienamen op, zoals: Adams,
Bakker, Boer, Borsboom, Cristen, Dekking, Van Doesburg, Dooms, Van Es, Van Eijk,
Florijn, Gordijn, Hesselberth, Hoogwerf, Jeup, Jonker, Kalkman, Ketting, Korporaal,
Krabbendam, Krommenhoek, Kroonen, Kwarten, Lips, Mak, Van de Mast, Meerburg, van
Luyn, Oranje, Ouborg, Pil, Pompert, Pronk, Rodenburg, Roelofs, Schaap, Stouthandel,
Stijger, Van der Velde, Weber en later volgen namen als Abdurkadir, Adibelli, Aissatie, Azat,
Eröglü Karakaya, Ozeltas, Ozdemir en Pektas.
Velen ontvingen een zilveren of gouden medaille of legpenning van de Nederlandse
Maatschappij van Nijverheid en Handel. Bij zijn pensionering ontvangt Nico Peek, beter
bekend als Baas Peek, op 16 oktober 1981 de zilveren medaille in de Orde van Oranje
Nassau uitgereikt uit handen van burgemeester John te Loo. Peek heeft er dan een dien
stverband van ruim 46 jaar opzitten.
Het is in die tijd een eer te kunnen zeggen dat je shipchandlers onder je klanten hebt. Op
één of andere manier wordt je bedrijf zo geassocieerd met de snelle no-nonsense mentaliteit
van de grote wereldhaven Rotterdam. In Rotterdam en omstreken zijn talloze bedrijfjes
gevestigd die zich hebben gespecialiseerd in het snel bevoorraden van de tientallen schepen
uit alle windstreken die dagelijks de havens, meestal voor één, of enkele dagen aandoen.
Voor iedere nationaliteit van de rederij is er wel een bijpassende shipstore die de schepen
van alle denkbare producten die in het dagelijks leven aan boord nodig zijn, voorziet: le
vensmiddelen, schoonmaak- en onderhoudsmiddelen, werkkleding, machineonderdelen,
poetskatoen en poetslappen: Een Griekse scheepsleverancier (zoals Zannis Shipstores en
Atlas Econimic Shipstores) voor Griekse schepen, een Italiaan Arturo Riva) voor
Italiaanse, een Balkaan Adriaticvoor Balkanen, een Deen Engelchoreen Brit Hutton of
Huil) een Belg (Ostend Shipstores) Scandinaviërs (zoals August Kopeke en Ove Wrist) en
ook Nederlanders zoals Prins Supply, Rotterdam Shipstores, J.&.J. Vinke, Neptunus, Van
Gilst en Klevenberg. Permanent telefonisch of per telex (later per telefax) orders ontvangen
die binnen een paar uur bij de shipchandler of direct aan boord geleverd moeten zijn, het
geeft een levendige, hectische sfeer bij de leveranciers, maar de concurrentie is moordend
en de betalingen zijn ronduit slecht, er wordt weinig of niets aan verdiend.
Al naar gelang de behoeften van klanten enerzijds en in het leveringsprogramma passende
159