op de kade (inmiddels een doom in het oog bij
veel Schiedammers) wordt ontruimd. Bestaande
machines worden op het gebied van machinevei
ligheid verbeterd en kilometers oude, loze pijpen
en leidingen worden uit de fabriek verwijderd.
Ter verbetering van de arbeidsomstandigheden
wordt in alle fabriekshallen nieuwe verlichting
aangelegd en worden de muren roomwit
gespoten. Ook de automatisering doet zijn
intrede: Ten behoeve van de administratie komt
er een computer met een krijsende matrixprinter.
De met de hand en slinger aangedreven natsten-
cilmachine maakt plaats voor een elektrisch
droogkopieerapparaat en de telex voor een tele
fax met thermisch papier. Nadat er spontaan bak
stenen uit de voorgevel zijn gevallen, ondergaat ook het kantoor (in 1985) een grondige re
novatie. Met behoud van alle oorspronkelijke elementen wordt het interieur, door gebruik te
maken van lichte tinten en strak meubilair, aan de eisen van de tijd aangepast.
De gortdroge vezels en het vele fijne stof dat bij de productie vrijkomt maken de fabriek per
manent uiterst kwetsbaar voor vuur. Ondanks een streng gehandhaafd rookverbod, wordt het
bedrijf nog drie maal door een grote brand getroffen: In 1977 brand Pand 10 volledig uit.
Alleen de vier buitenmuren blijven overeind. De brand blijkt te zijn aangestoken door twee
jongetjes uit de buurt die een doosje lucifers uit de tas van hun juf gepikt blijken te hebben
en vervolgens via een niet goed afgesloten deur naar binnen konden glippen. Het gebouw
wordt volledig in de oorspronkelijke staat hersteld en wordt later op de gemeentelijke mo
numentenlijst geplaatst. In de zomer van 1985 ontstaat door een vonk uit een machine een
vuurzee in de fabriek aan de Warande 6, waar alleen grondstoffen verloren gaan. In de
vroege ochtend van zaterdag 27 maart 1993 breekt er (vermoedelijk door kortsluiting) brand
uit in De Grote Fabriek aan de Westerkade nr. 8. Door inzet van groot materieel door de
brandweer blijft de schade met moeite beperkt tot één locatie, maar vloeren en plafonds
tussen de verdiepingen worden grotendeels door het vuur verteerd en vitale uitrustingen,
waaronder de (kracht-) stroominstallatie gaan geheel verloren.
Uit onverwachte hoeken neemt de vraag naar breeuwwerk plotseling toe: In Scandinavië
wordt het product in geteerde, ongesponnen uitvoering toegepast als isolatiemateriaal in
houten huizenbouw in plaats van milieubelastend steenwol of glasvezel.
Doordat tijdens de bouw van de Erasmusbrug in Rotterdam scheuren ontstaan in het beton,
loopt op een nacht de basculekelder (waarin het contragewicht van het beweegbare brugdeel
geplaatst moet worden) onder water. Het Belgische consortium dat de bouw van de brug
heeft aangenomen weet bij spoedoverleg de Breeuwwerkfabriek te vinden om op maat
getwijnd jijntouw te maken dat door duikers in de scheuren wordt aangebracht, waarna de
kelder leeggepompt kan worden. Rond Seattle en Los Angeles (USA) starten enkele musea
en scheepswerven met nieuwbouw en renovatie van oude houten zeilschepen. De
Amerikanen lijken, althans naar onze begrippen, geen besef van tijd en afstand te hebben:
161