"WIJ ZULLEN DE WIELERSPORT VOORSTAAN"
DE GESCHIEDENIS VAN HET WIELRENNEN IN SCHIEDAM 1900-1990
Jan van Hees
In dit nummer vervolgen wij de geschiedenis van de wielersport in Schiedam. Wij zijn
gevorderd tot en met de eerste helft van de vorige eeuw en nu komt de tweede helft aan bod.
Doorstart (1950-1955)
Aan het eind van het seizoen 1951 vond voorzitter Teun van der Ent het tijd worden dat er
een andere voorzitter kwam. Die werd gevonden in Johannes H.Groenendaal (1913). Van
der Ent werd tot erevoorzitter benoemd; hij was overigens al erelid geworden in 1949.
Tweede voorzitter werd Frans Trommel (1897). Penningmeester en secretaris bleven vader
en zoon Letterman, de steunpilaren van de R.C. "Schiedam" in goede en slechte tijden.
Beiden waren al bijna vanaf de oprichting lid van "Schiedam" en hadden hun bestuurlijke
sporen al ruimschoots verdiend. Voor Letterman sr. bleek dat uit zijn benoeming tot lid van
verdienste in 1949 en zijn erelidmaatschap in 1955. Letterman jr. werd in dat jaar lid van
verdienste. Het duurde tot 1971 voor hij zijn erelidmaatschap ontving.
De wedstrijdcommissie kwam o.l.v. van Henk Breur en samen met Holverda, Gerard van
Gaaien, Jaap Weyermans, Evert Eggink en Muller werd het nieuwe seizoen voorbereid.
Ondanks de problemen in de voorbije jaren was in 1951 al weer de zevende Ronde van
Schiedam verreden en in september 1951 nam de club deel aan de clubkampioenschappen
op de weg. Dertig ploegen reden op de Veluwe een parcours van 116 km en de Schiedamse
ploeg bestaande uit Jaap en Nico Knijnenburg, A.C. de Vette, Chris de Kievith en M.
Letterman eindigde op de 27e plaats. Men was verheugd dat de renners toch een goede
prestatie geleverd hadden.
In januari 1952 kondigde de kersverse voorzitter Groenendaal zijn vertrek aan. Kennelijk
vond hij dat hij toch niet bij die functie paste, al was zijn inzet positief geweest getuige zijn
plannen die hij in het weer tot leven geroepen clubblad had ontvouwd. De ere-voorzitter
stelde zich na een ziekteperiode weer beschikbaar voor het voorzitterschap. Vanwege de
hoge kosten van het clublokaal "De Nieuwe Brug" moest men ook omzien naar een andere
zaal. Die werd gevonden in Café-Billard "Wim de Ruyter" aan het Broersveld. Voor een
wielerclub kon men zich geen betere lokaliteit wensen. De Rotterdammer De Ruiter (1918)
was kampioen van Nederland op de weg (1943) bij de onafhankelijken en had na de oorlog
zijn mannetje gestaan in de Tour de France. In 1950 reed hij de Ronde van Frankrijk als
enige Nederlander uit: dat straalde ook op de R.C. "Schiedam" af! 10 Ook met de renners
ging het weer goed: het aantal licentiehouders steeg: bij de amateurs waren dat J.Volwerk,
Bas Smalleganger, Nico Knijnenburg, Jaap Knijnenburg, M.Letterman en H.Veldhoven en
de nieuwelingen J.F.Hoefnagel, Chris de Kievith, H.Bouman, H.v.d.Berg, A.J.van Gerven
en E.Eggink. Training, wedstrijden en competities stonden centraal in 1952. Omdat de ver
houdingen met de RC "De Coureur" al een jaar weer verstoord waren, werd toch weer toe-
10 Wim de Ruiter emigreerde in 1956 naar de V.S.. Rond 1980 woonde hij korte tijd weer in
Nederland, maar keerde na de dood van zijn vrouw weer terug naar Amerika. Hij overleed daar in
november 1995.
167
