SCHIEDAM, stad aan SCYE en MAZE
Siem Rosman
De geografische positie van onze stad is in het opschrift juist aangegeven. Maar men zou er
ook kunnen schrijven: Schiedam, stad aan Sci en Merwe of meer naar deze tijd: stad aan
Schie en Nieuwe Maas. Aardijkskundige namen en hun schrijfwijzen vertonen, ook al betre
ft eenzelfde plaats of rivier, door de eeuwen heen een zekere variatie.
Knooppunt Schiedam
Er zijn voor de hand liggende redenen voor het ontstaan van deze stad. De plek waar de
grote rivier die zeewaarts gaat en het binnenwater de Scye elkaar ontmoeten is een logis
che plek voor allerlei activiteiten die met de Noordzee- en riviervisserij, alsmede met de
zeescheepvaart samenhangen. Wanneer Vrouwe Aleida, vanwege het overlijden van haar
broer, Floris de Voogd, na een ruim 10-jarig verblijf in Henegouwen in 1258 naar deze
streken terugkeert vestigt ze zich aan de monding van de Schie. Haar man, Jan van Avesnes,
was kort ervoor gestorven. Floris de Voogd was belast met de opvoeding van Aleida's wees
geworden neelje Floris V, zoon van een andere broer: graaf Willem II van Holland. Deze
familiegebeurtenissen maken de komst naar Holland nodig. Uiteraard komen de kinderen
van Jan en Aleida mee.
Schiedam is in die jaren nog maar een gehucht op de grens van ingedijkt land en een
moerasachtig gebied. Maar Aleida ziet wel wat in die kleine nederzetting. Het dorp is strate
gisch gelegen. Ze bouwt er het kasteel Huis te Riviere en verheft Schiedam al gauw tot stad.
Het is een plaats waar veel werk aan de winkel is. Zoals overslag van grondstoffen en goed
eren uit de kleinere binnenschepen in de grotere zeeschepen. Opslag van handelswaar vindt
er plaats. De haringvangst floreert. De vangsten zijn deels voor binnenlands gebruik en er
vindt export plaats. Het benodigde zout wordt geïmporteerd.
In 1310 komt er een overtoom met windas zodat schepen over de dam kunnen worden
getrokken. Enkele tientallen jaren later komt er een sluis die zo breed moet zijn dat de graaf
er in geval van oorlog met zijn 'vloot' doorheen kan varen. Zo schepen zich in het begin van
de veertiende eeuw, tijdens de oorlog tegen Vlaanderen, de troepen van Graaf Jan II te
Schiedam in voor een tocht naar Zierikzee. De bevoorrading van het grafelijke hof in Den
Haag met levensmiddelen en bouwmaterialen loopt eind dertiende eeuw veelal via
Schiedam.
Geen wonder dat in dit web van activiteiten - visserij, vrachtvaart en militair transport - zich
ook lieden vestigen die zich op de scheepsreparatie en scheepsnieuwbouw storten. Helaas is
over de historie van die werfjes niet veel opgetekend. In ieder geval is zeker dat er In 1508
werfactiviteiten zijn, want Gerijt Comelisz., 'sciptimmerman' pacht dan van de stad een
werf.. En op de kaart van De Gheyn uit 1598 vinden we ook aanwijzingen voor scheep
swerven. Van één er van kennen we de naam: C. en W. Swart Aryenszonen. Op de kaart zien
we voorts ook tal van lijnbanen getekend. Die banen waren er voor de touwmakers, de
mensen die het materiaal voor scheepstuigage vervaardigden.
44