Bovenramen op de begane grond.
Raam tussen vestibule en gang.
Toiletramen.
Verbouwingen
Na de bouw in 1907 verwisselde het pand enkele
malen van eigenaar en had het uiteenlopende bestem
mingen: pastorie, dansschool, kapsalon en ook
gewoon woonhuis. In 1936 werd het pand gesplitst in
een beneden- en een bovenwoning door in de zijstraat
een ingang
te creëren en een trappenhuis dat aansloot op de gang
van de eerste verdieping. Daartoe werd de houten
serre (oorspronkelijk veranda) afgebroken en werd in
plaats daarvan een kamer aangebouwd met
daarachter het trappenhuis. Door deze verbouwing
ontstonden ook verborgen ruimten die ideaal waren
om onderduikers gedurende de Tweede Wereldoorlog
in te verstoppen. Zo gingen de zoons van de buur
man, dominee Van der Meulen (zelf betrokken bij het
verzet), bij onraad in een ruimte onder de aange
bouwde trap. In de bovenwoning, toen bewoond door
loco-burgemeester Albers werden ook van tijd tot tijd
mensen verborgen. Daar werd tegen het einde van de
oorlog de bevrijdingsrevue gerepeteerd die vlak na de
bevrijding in het Passagetheater werd opgevoerd.
De Nassaustraat was inmiddels al lang van naam
veranderd. Bewoners vonden de benaming 'straat'
niet chic genoeg en dienden een verzoek bij de
gemeente in om de naam te veranderen in
Nassaulaan, hetgeen gehonoreerd werd.
Een ansichtkaart (in kleur) uit ca. 1908 toont de
Nassaulaan, toen nog Nassaustraat geheten, aan één
zijde nog onbebouwd. Hierdoor heeft men een
prachtig zicht op de huizen nummers 34 tot en met
40.
144