rige eigenaar als keuken in gebruik. Vermoedelijk is deze uitbouw als boenhoek in de 18de eeuw uitge breid en voorzien van een tuitgevel, zodat men een schouw in deze ruimte kon maken. Vanaf de oostgevel (de voorgevel) loopt een gang recht richting het bedrijfsgedeelte. Deze gang stopt voorbij de trap naar de verdieping. In de gang be vindt zich de oude kelderingang. De voordeur aan de straatzijde is niet meer in gebruik, waardoor de gang zijn hoofdfunctie heeft verloren. De gevels van de boerderij zijn in verschillende fa sen tot stand gekomen en bestaan dus uit achttien de-, negentiende- en twintigste-eeuwse onderdelen. De verschillende fasen, die in de gevels afleesbaar zijn, laten net als bij de wijzigingen in het interi eur een veranderende bedrijfsvoering en een toene mende vraag naar meer woonruimte zien. Een belangrijke wijziging van het beeld betreft de afwerking van de oostgevel (voorhuis). De gehele gevel is voorzien van een rustica-imitatie (bepleis- 11 De uitgebouwde boenhoek dateert uit de 18de eeuw. Om een stookplaats aan te leggen bouwde men de boenhoek uit met een tuitgevel. Het rechtervenster is opgehoogd, vermoedelijk om het keukenblok onder het venster te laten vallen. (Foto: Vera van der Vlerk, november 2006) Westelijk van de kelder is in de 18de eeuw een voorkelder aangebracht. (Foto: Restauro, december 2006) Scyedam jrg. 35 no. 1

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2009 | | pagina 11