de mensen die doodgeschoten waren. Die lagen aan de ene kant van de weg en hadden een bord bij zich waarop ze hadden moeten schrijven "Ik ben een terrorist". Aan de andere kant hingen mensen in de bomen. Een vreselijk beeld dat niet te vergeten is en dat de haat alleen maar aanwakkerde. Toen we weer verder mochten kwamen we langs een zuivelfabriek. Een heel bekend merk en toch ben ik de naam vergeten. Je kon daar in de rij gaan staan en kreeg een beker lekkere soep. Wat was dat heerlijk. Weer verder, de tijd drong, we moesten onderdak voor de nacht zien te krijgen. Dat vonden we snel; een grote ambachtsschool die helemaal ingericht was voor doortrekkers. Na geregistreerd te zijn mochten we in de grote lokalen een plekje zoeken. Op lekker dik stro was het goed uitrusten. De nacht was onrustig, veel mensen konden het beeld van de zogenaamde terroristen niet kwijtraken. We hadden onderweg zoveel ellende gezien, maar het wende nooit. De volgende ochtend was het weer vroeg opstaan om weg te gaan. We hoopten Zwolle te halen. Voor we konden vertrekken werd ons door de mensen van het Rode Kruis gevraagd of we twee meisjes mee konden nemen. Een meisje van 18 die gevallen was en gekneusde knie- en had en een meisje van 11 met bevroren voetjes, die was met haar zusje op hongertocht. Er werd natuurlijk een plekje op de wagen gemaakt. Dicht tegen elkaar aan liggen, dat warmde ook een beetje. We kregen van het Rode Kruis nog een deken mee, zodat de kinderen lekker ingestopt werden. We waren allemaal stil, je kon merken dat we moe waren. Automatisch gingen de benen vooruit. We moesten volhouden. Het weer was nog steeds slecht. Om ongeveer vier uur konden we niet meer. We waren bij Olden- broek. We vonden gelukkig onder dak in een zaaltje van een kerk. We kregen daar te eten en te drinken en vielen van vermoeidheid en ellende in een diepe slaap, die de veerkracht bracht om de volgende morgen ver der te gaan. Hier konden we af en toe bij de huizen bellen en vragen of we wat te eten of te drinken kon den krijgen en soms kregen we een boterham of warm drinken. Veel hadden de mensen ook niet meer, er kwamen zoveel mensen langs. De dag vorderde. De brug over de l.lssel was al in zicht. Het was een hoge lange brug, dik onder sneeuw en ijs. Drie stappen naar voren en dan gleed je weer terug. Een grote ellende, wie duwen en trekken kon moest de laatste krachten inspan nen. Eindelijk waren we dan toch in Zwolle. En oh, wat was dat een warm welkom. De mensen kwa- Mw- H W. Winterswijk: "Deze foto is in 1943 gemaakt. Mijn men uit hun huis en vroegen waar man< ,oen n°g mijn verloofde, was naar Duitsland getrans porteerd en deze foto heb ik hem opgestuurd. Scyedam jrg. 35 no. 5 155

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2009 | | pagina 11