we vandaan kwamen. De één bracht boterhammen, de ander een zak kaakjes. Weer een ander gaf een paar warme sokken en weer anderen brachten ons naar het Rode Kruisziekenhuis. Daar konden wij onze patiëntjes met een gerust hart achterlaten; zij waren in goede handen. Voor ons schoot de dag alweer op. De wagen was lichter geworden en we hadden toch wel aardig wat gegeten. We gingen met nieuwe moed op pad, richting Ommen. De kou was snijdend, maar omdat we voor ons gevoel in het beloofde land waren, liepen we stevig door. Soms even stoppen bij een boerderij, wat te drinken vragen voor mijn zusje. Zij voelde zich niet zo lekker, dus ze mocht op de wagen liggen. Intussen was het alweer tijd om onderdak te zoeken. Bij een grote boerderij vonden we dat. We mochten in de stal, daar was het lekker warm, want aan beide kanten stonden achttien koeien en in het midden lag een brede laag stro, daar konden we heerlijk uitrusten. We kregen allemaal een beker lekkere warme melk. Ik weet niet meer precies met zijn hoevelen we waren, maar ik denk toch nog wel met zijn zevenen. Het zal zes uur geweest zijn toen de boerin ons in de keuken liet ko men, waar we een bord lekkere pap kregen. De mensen waren erg be nieuwd naar onze omstandigheden thuis en onderweg. De boerin vroeg ons of we sokken konden stoppen en natuurlijk deden we dat zo goed mogelijk. We waren blij dat we wat terug konden doen. Om negen uur gingen we naar de stal om te slapen en dat deden we! Na een lange dag in de kou waren we zo onder zeil. De morgen brak gauw genoeg aan. We mochten weer in de keuken ko men en kregen een bord pap en ook nog een boterham en een beker melk. De gestopte sokken lagen klaar voor ons; wat waren we blij en dankbaar. Met de belofte dat we op de terug weg mochten langskomen om een zak aardappelen op te halen, gingen we weer op pad. Richting Dalfsen. We hoefden nu geen honger meer te hebben, want overal waar we aan belden kregen we wel wat: bij de één een pond rogge, bij de ander tarwe, haver, spek of eieren. We konden eten in overvloed. Bij een boerderij een lekker bord erwtensoep, daar zat 156 Een andere foto van de brudoft op 22 mei 1946 toont het ge zelschap, bovenaan het bordes van het stadhuis op de Grote Markt. (Foto: mw. H. W. Winterswijk) Scyedam jrg. 35 no. 5

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2009 | | pagina 12