len, zou op hen een zware verantwoordelijk heid rusten om de gevolgen zo veel mogelijk te beperken. Aard en omvang van de onheilen waren niet te voorzien. Men kon er alleen maar het beste van hopen. Echter, het ergste moest worden gevreesd. De foto is een uitdaging het werkterrein evenals de verdere activiteiten van de Schiedamse artsen in beeld te krijgen. De eerste decennia van de twintigste eeuw Ten tijde van de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw zijn er veel ontwikkelingen gaande op het terrein van volksgezondheid en gezondheidszorg. Tweede helft mei 1899 vergadert de Gemeenteraad van Schiedam over de toekomst van het Stadsziekenhuis en de positie van het Burgerlijk Armbestuur (BA) daarin. De raad besluit tot een fundamentele verandering. De Commissie voor het Ziekenhuis uit het BA wordt opgeheven en een verordening op het ziekenhuis vastgesteld. De ingangsdatum is 1 augustus 1899. De instelling wordt omgevormd van 'gasthuis voor armlastigen' tot algemeen ziekenhuis. Er komt een nieuwe bestuurscommissie waarvan de leden worden benoemd door de Gemeenteraad. Twee uit haar midden en twee burgerleden. Voorzitter van de commissie is een lid van het College van Burgemeester en Wethouders. Nu ook 'betalende' patiënten worden opgenomen, blijkt al spoedig dat de opnamecapaciteit van de beschikbare accommodatie beperkt is. Volgende stap: vervanging van het stadsziekenhuis aan de Laan. Aan de Nassaulaan wordt een nieuw Gemeenteziekenhuis gerealiseerd. Het gebouw wordt in 1919 in gebruik genomen. Het jaar dat geldt als het begin van het interbellum, de periode tussen de Eerste- en de Tweede Wereldoorlog. Het interbellum Schiedam groeit in het interbellum stevig. Van ongeveer 40.000 inwoners tot circa 55.000 in de eerste tien jaar na 1919. De komst van de grote scheepswerven en in hun kielzog de toeleveringsbedrijven, zorgen voor een snelle groei van het aantal inwoners. Gelijktijdig breidt ook het aantal huisartsen zich uit. Als begin 1931 de huisartsen W.F.H. Meijer en A.L.J. Kunze zich vestigen komt hun aantal op twaalf. Deze uitbreiding van het aantal huisartsen maakt het mogelijk om de zondagsdienst voor de huisartsen te verlichten en voor de waarneming van drie naar vier groepen te gaan. Dokter Kunze start zijn praktijk aan het adres Koemarkt 2. Destijds een belangrijk en druk verkeersplein in de hoofdroute Rotterdam-Westland. Geen wonder dat daar nog wel eens een ongeval gebeurde en vervolgens in de kranten te lezen valt dat door dokter Kunze eerste hulp is verleend. In november 1926 wordt door de gemeenteraad een nieuwe instructie voor de gemeentegeneeskundigen vastgesteld. Gemeentearts A.H. de Bruijn constateert bij die gelegenheid: We hebben nu een orga nisatie, die men een kleinen geneeskundigen dienst zou kunnen noemen. Het zal echter nog meer dan tien jaar duren voordat werkelijk een Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst (GG&GD) wordt gevormd. In 1928 wordt een tweede ziekenhuis, van de R.K. Noletstichting, in gebruik genomen. De crisisjaren, De tweede helft van het interbellum, de jaren 1929 - 1940, wordt gekenmerkt door de wereldwijde economische crisis. Het aantal werklozen in Schiedam is groot. Niettegenstaande deze tegenwind stijgt het inwonertal in die jaren van 55.000 in 1930 tot 65.000 in 1940. Er worden grote aantallen woningen gebouwd om al deze mensen te huisvesten. Parallel aan deze ontwikkeling neemt ook nu weer het aantal huisartsen toe, namelijk van twaalf tot zestien in 1939. Bij het doornemen van de kranten van die jaren vallen de vele activiteiten van de Schiedamse artsen op, die zij allen naast hun 60 Scyedam jrg. 36 nr. 2

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2010 | | pagina 24