Bij stukjes en beetjes neemt het leven je telkens iets af. En op een zonnige dag gaan mijn gedachten uit naar mijn dorpje waar ik geboren ben. Hier schrijf ik het een en ander van het dorp Kethel. Francisca van der Stap-van Leeuwen Herinneringen uit mijn schooltijd, half maart 1950. Mijn gedachten gaan een halve eeuw terug, naar mijn oud, stil dorpje met zijn lage huisjes, zijn kerktorentje, zijn grindweg. Er is rust en het is er stil en tevreden. De auto's zijn er nog niet, de fiets is op komst. Het wagentje van Verspeek, Giel de bakker, Droppie en Ham de grutter, dat zijn de bekende figuren uit ons dorp. Ze horen bij ons. Een enkele keer zien we het glazen wagentje uit Delft met zijn lapjesgoed en verder is er niets dan rust en eenvoud. Wij gaan naar school. We hebben onze bikkels bij ons en ons moeder heeft de stikkezakken gevuld: brood met kaas en 'n snee koek. Zij spoort ons aan tot spoed voor de Heilige Mis want we moeten een half uur gaans. De zon staat te klimmen, we horen de roep van de grutto boven ons. De weg is droog en erg stoffig en het wordt een warme dag. De maaiers op het land van boer Roeling zijn druk in de weer. Zij wetten hun zeisen. Wij roepen hen gedag en tot wedergroet heffen zij hun strijkstokken. Kijk, daar komt klein Heintje, de koeienkoper van het dorp. Dag Heintje. Dag jongens zegt hij en verder gaan we weer. Scyedam jrg. 36 nr. 5

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2010 | | pagina 11