gemetselde putten de zogenaamde 'Spoe
lingpet'. Hierin werd via een houten goten-
stelsel vanuit de spoelingschouw kokend
hete spoeling de spoelingpet in gepompt.
In tijden van schaarste of grote vraag naar
spoeling, feestdagen of vorst, werd er door
de spoelingschipper wel eens water bij de
spoeling gedaan, wat weer verdoezeld werd
door er wat lijnmeel bij te mengen.
Het vervoer van spoeling over water bij
strenge winters was een ramp, de Schie
was dichtgevroren, met ijsbrekers werd een
gangpad gemaakt om door te varen. De spoe
lingschuit bleef in het midden van de Schie
liggen, met extra goten werd de spoeling
naar de stallen gepompt.
Toon Kerkhof vertelde dat in de strenge
winter van 1963 's morgens voordat de
Polderweg schoon van sneeuw geveegd
was, zijn oren al bevroren waren. Met ket
tingen hebben ze de vrachtauto's aan elkaar
gebonden om te behoeden dat de auto's de
Polderwatering in gleden.
Schiedams che Courant, januari 1894:
Gisteren is vanwege de spoeling-commis
sie bij de spoorbrug, met behulp van zeven
paarden, een aanvang gemaakt om voor de
spoelingschuiten een vaargeul in de Schie
te maken. Men was daarmede gevorderd tot
aan Huis te Riviere, toen de werkzaamheden
gestaakt werden, omdat de boeren weigerden
hulp te verleenen. Dientegevolge is de vaar
geul weder dichtgevroren en zijn de boeren
genoodzaakt de spoeling per as te blijven
vervoeren.
Ongelukken met mens, schouw en kist
In 1761 bepaalde de gemeenteraad van
Schiedam dat spoelingwagens (kisten) niet
meer dan vier of vijf vaten mochten ver
voeren. Bovendien mochten deze afgesloten
vaten niet lekken. In 1766 werd besloten dat
over de spoelingwagens en kisten jaarlijks
belasting moest worden betaald. Met het be
lastinggeld werd een deel van de kosten van
het plaveien van de straten gegarandeerd.
In de jaren dertig kwam het vervoer van
spoeling in oude melkbussen per vrachtau
to's in opkomst, deze rijders vervoerden de
spoeling vooral naar kleine boeren.
Koos van der Eijk uit Kethel vertelde: "Een
leuke bijkomstigheid voor de mensen die de
spoeling gingen halen was, dat ze een kruikje
mee namen, dat ze vulden met geestrijk vocht
dat gestookt werd. Sommigen hadden voor
thuiskomst al een borreltje te veel op.
Schiedamsche Courant 1897,
juni' spoeling-
schouw van den veehouder Mil
kwam hedenmiddag den polder
doorvaren, getrokken door den
zoon en den hond van den eige
naar. Bij het passeeren van de
brug voor de woning van den heer
v.d. Eijk raakte de lijn achter het
bruggehoofd vast en was de jonge
Mil verplicht terug te loopen om
haar los te gooien. De hond ver
moedde zeker ook dat er iets niet
m den haak was, want ook hij
liep terug en sprong op eens op de
schouw; daardoor sloeg de lijn om
de beenen van zijn medearbeider
en trok hem te water. Gelukkig
waren er menschen genoeg in de
nabijheid die het hulpgeschrei
van den jongeling hoorden, toe
schoten en hem weder spoedig
op het droge haalden. Hij had,
behalve een nat pak, de ervaring
opgedaan dat de dagen in Juni
met alleen geschikt zijn om een
bad te nemen.
Schiedamsche Courant 1856: "JL. Zater
dagmiddag had de zoon van A. Lansbergen
op den Kethelweg nabij Spieringshoek, het
ongeluk door het schrikken van een der
paarden, met eene geladen spoelingkist van
Scyedam jrg. 38 nr. 3
89