behoefte had. We leerden elkaar zodoende al vlug
kennen en onze gesprekken voerden over de meest
uiteenlopende onderwerpen".'3'
Krümme
Marius werd op 31 maart in de gevangenis van
Celle, 'Krümme', ingeschreven.14' Wesendorf was
een dependance van de gevangenis van Celle. Op
dat moment was de conditie van Marius nog rede
lijk. Vanuit Krümme, waar ze kennelijk een paar
dagen gebleven zijn, zijn ze vlak voor de bevrijding
naar Wesendorf gegaan (hemelsbreed een kilometer
of vijf noordelijk van Krümme gelegen). Dat moet
omstreeks 9 april 1945 geweest zijn. Van daaruit zijn
ze te voet op pad gestuurd naar de gevangenis 200
kilometer verder in Mecklenburg, de gevangenis
Dreibergen.'5' De conditie van Marius verslechterde
toen. Wim Habets schrijft over de situatie op 11
april 1945: "Toen we op de derde dag van dat laatste
transport van de grote colonne afraakten en terecht
kwamen op de vliegeniersschool te Salzwedel, waar
dezelfde avond een bezetting van 10.000 man de
vlucht nam, hadden we eindelijk weer eens voldoende
voedsel".'6'
Volgens het archief van Salzwedel gaat het hierbij om
de "Fliegerhorst-Salzwedel", een school voor de Luft
waffe en voor opleiding tot parachutisten'7' onge
veer twee kilometer ten zuidoosten van Salzwedel.
De Fliegerhorst is in de nacht van 11 op 12 april
1945 ontruimd. Marius is daar met een groep van
4 achtergebleven, naast Wim Habets uit Kerkrade,
Gerard Bieler uit Rotterdam en een Rijnlander Fritz
Wilhelm uit Schanzen bij Zelle aan de Moezel.
Marius en Gerard Bieler waren erg ziek, (dysenterie),
echter Habets schrijft dat er genoeg te eten was.
Habets vervolgt: 'Uw man, die toen echter niet meer
zo sterk was, kreeg toen last van dysenterie evenals
de heer Bieler die reeds enkele dagen van deze ziekte
zwaar te lijden had en voor wie ik het ergste vreesde.
Beiden heb ik toen direct in bed gestopt en hoewel
ikzelf last had van een zwerende voet, die mij het
lopen zeer moeilijk maakte, is het mij toch gelukt
beide zieken naar behoren te kunnen verplegen.
13) Brief van na de oorlog, nadat Habets van het overlijden van
H.A.M. Jonker Roelants had vernomen, gedateerd 29juni 1945.
14) In ieder geval is er dan een vertraging in de administratie van
de inschrijving. Immers: Habets en Jonker Roelants ontmoeten
elkaar al op 28 maart 1945 als ze (te voet) op weg zijn van het
station Isenbüttel naar Krümme en de afstand tussen het station
en Krümme is te gering om een dagenlange wandeling te veron
derstellen. In Celle is een gevangenis die een AulSenkommando
des Zuchthauses Celle in de buurt van Krümme (het huidige
Wagenhoff) kende. Iets ten noorden van Krümme ligt het in de
tekst genoemde Wesendorf, dat op zijn beurt plm. 30 kilometer
oostelijk van Celle ligt. Waarschijnlijk is echter dat Jonker Roelants
nooit in Celle is geweest, maar dat de treinreis rechtstreeks van
Hameln naar Isenbüttel voerde.
15) Uitgaande van wat er in de brief van Habets staat, heeft het
vertrek op 9 april plaatsgevonden: Habets komt immers aan op
11 april in Salzwedel op de derde dag van het laatste transport.
Dat betekent dat ze op 9 april zijn vertrokken uit Wesendorf.
Hemelsbreed liggen die twee plaatsen iets meer als 50 kilometer
uit elkaar, hetgeen een afstand is die in drie dagen wandelend te
overbruggen is.
Op 8 april werd Celle getroffen door een geallieerde luchtaanval.
Hierbij waren de spoorweginstallaties het doel. Op dat moment
bevonden zich daar verschillende wachtende treinen, waarin rond
de 4.000 gevangenen uit het KZ Salzgitter Drütte (een bijkamp
van KZ Neuengamme) waren ingesloten. De treinen werden
zwaar getroffen en honderden mensen kwamen om het leven.
Een deel wist te ontsnappen, maar werd in de twee dagen erna
door SS-bewakers en burgers uit Celle in de bossen opgejaagd
en doodgeschoten in wat nu bekend is als de 'Celier Hasenjagd'.
Rond de 170 gevangenen worden zo zonder pardon vermoord.
Op 12 april 1945 werd de stad zonder verder bloedvergieten aan
de Britten overgedragen.
Scyedam jaargang 39 nr. 2
Links het insigne van het Amerikaanse XIX. Corps,
waartoe de U.S. 30th Infantry Division behoorde. Afge
beeld is het derde ontwerp van het embleem, zoals dat
in 1944/1945 werd gedragen en vanaf 3 mei 1944 was
geauthoriseerd. De afgebeelde Tomahawk is zowel een
wapen, als een (vredes)pijp. Rechts het insigne van de
30ste infanteriedivisie Old Hickory", bestaande uit de
letters 'O' en 'H' en het Romeinse cijfer XXX. (coll. W.
Schelberg)
16) Brief gedateerd 29 juni 1945. Het woord 'Transport' duidt hier
niet op gemotoriseerd vervoer; de gevangenen verplaatsten zich
te voet.
17) Het zou hier gaan om een zgn. Blindflugschule. Blindflug-
schulen waren speciale Vliegerscholen van de Luftwaffe waar
piloten verder gespecialiseerd werden. Ook zat het 4. Fallschirm-
jager Ausbildung Battalion op Salzwedel.
59