een dergelijke architectuurprijsvraag, was in deze periode in bescheiden mate in de mode, na het succes van de Groninger prijsvraag. Daar werden maar liefst 35 inzendingen ontvangen en werd op nationaal niveau debat gevoerd over goede architec tuur. In de daarop volgende jaren prijsvragen uitge schreven voor een nieuw koorhek in de Janskerk te Gouda (1776) en voor een sociëteitsgebouw van Felix Merites (1787) in Amsterdam."' Schiedam toonde zich met zijn prijsvraag dus zeer vooruitstrevend en ambitieus, hoewel de verspreiding van de prijsvraag en de waarschijnlijk zeer open vraagstelling, niet tot veel inzendingen leidden. Zelfs de locatie voor het nieuwe gebouw stond open voor suggestie, waardoor het voor architecten van buiten Schiedam wel erg lastig werd een plan in te sturen.12' Ter vergelijking: in Groningen was een zeer uitgebreid prijsvraag programma uitgeschreven en werd een plattegrond bijgevoegd van de bouwlocatie. Het verwondert dan niet dat stadsarchitect Rutger van Bol'es de winst pakte, terwijl hij niet de boeken in is gegaan als de meest bekwame architect. Gezien de architectuur van zijn eigen woonhuis zal Jacobus Nolet zeker interesse hebben gehad in het vraagstuk van een nieuw beursgebouw. Toch zou de totstandkoming van het ontwerp en het gebouw in handen komen van Dominicus Doom, die in het stadsbestuur de commissie leidde die de bouw verder voorbereidde. De betrokkenheid van de Oeconomi- sche Burgermaatschappij, was na de overhandiging van de ingekomen stukken, geheel door het (protes tantse) stadsbestuur overgenomen. Nolet restte niets dan, net als andere branders, de benodigde gelden voor de bouw via belastingen op te brengen. De keuze om Giovanni Giudici rond 1785 te consul teren over de bouwopgave, zal Jacobus Nolet echter niet ongenegen zijn geweest. Giudici was namelijk al eerder door hem betrokken bij de grootscheepse verbouwing van zijn eigen woonhuis aan de Zijl straat. Mogelijk was Jacobus Nolet zelfs een van de eersten in Schiedam die Giudici inhuurde. Het ontwerp van de gevel van de woning doet door zijn stijl namelijk vermoeden dat het een relatief vroeg werk van Giudici betreft. Duidelijk is dat Jacobus met zijn woonhuis de lat legde voor wat betreft de architectuur van de eigen woonhuizen. Giudici werd de 'huisarchitect' van de familie en eigenlijk ook van het Schiedamse stadsbestuur. Een fraai woonhuis in het groen Vandaag de dag is het nauwelijks voorstelbaar, maar het woonhuis aan Zijlstraat 6 (of Noordvest 103) was eens gelegen aan een diepe, formeel aangelegde tuin, die aan een zijde werd besloten door bedrijfs- Afb. 3. Interieur met trappartij. (Beeldbank Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) II) G.H. Medema, Achter de facade van de Hollandse stad; het stedelijk bouwbedrijf in de achttiende eeuw, Nijmegen 2011; F.H. Schmidt, Paleizen voor prinsen en burgers, Zwolle 2006. 12) Over de precieze invulling van het Schiedamse prijsvraagpro gramma is vooralsnog weinig bekend. Dat is op zichzelf al een teken dat de bekendheid ermee buiten Schiedam indertijd niet groot is geweest. 100 Scyedam jaargang 39 nr. 3

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2013 | | pagina 28