1654 werden twee water-volmolens geveild, inclusief een grote partij 'Engelsche wol-aerde', gelegen aan de Vlaardinger poort. Dezen dienden voor de laken industrie. Uiteindelijk nam het provinciebestuur in 1851 het besluit, dat omdat Schiedam in Schieland lag, ook Schieland mocht beslissen of duikerklep tussen Korte Haven en Vellevest (de molen was inmiddels afgebroken, maar de doorgang bestond nog wel) geopend mocht worden. Vanaf 1857 deed Schieland dit alleen op tijdelijke basis en dan nog alleen als men bij het voorgaande tij de grachten, die niet op Schieniveau lagen, ook daadwerkelijk had kunnen doorspoelen. En hier protesteerde Schiedam dan weer tegen! De grachten en sloten in de stad De oude stad was doorsneden met slootjes en grachtjes. Oorspronkelijk vooral ook om het over tollig water af te voeren naar de rivier. Later werden deze grachten vooral afvoerplaatsen van vuil en werden het meer open riolen. Er was een gebied op Schiepeil2' tussen Vellevest en de Noordvest. In de al genoemde afsluitbare verbinding tussen de Korte Haven en de Vellevest was een aftakking: De Zijlstraat die liep tot aan het Raam. Het Raam zelf stond via het Klein Watertje, met de Schie in verbinding. Het Raam was zelfs toegankelijk voor kleine schepen, er was een draaibruggetje in de kade van de Schie. Vanaf het Raam liep nog een sloot, de Noordvestgracht parallel aan de Noordvest, naar de St. Annazusterstraat en deze kwam ook uit op de Schie. Zo waren er nog meer sloten, die aansloten op al deze wateren en allemaal op Schiepeil. Tussen de sluis bij de beurs en de sluis bij de Voor haven waren de Korte Haven en de Lange Haven en de Buitenhaven op havenpeil. Ook op havenpeil (+0,72 m AP) de Nieuwe Haven en (vanaf 1860) de Westerhaven, die een speciale rol speelden bij het doorspoelen van de grachten. Met een eigen vloedwater toevoer via een kanaaltje vanaf de West Frankelandse dijk. Van belang zijn natuurlijk ook de waterstanden van de rivier de Nieuwe Maas. Deze waren in de zomer gemiddeld: hoog water +0,93 m AP en laag water -0.3m AP. Daarentegen kon, vooral bij sterke noord-noordwesten wind, het vloedpeii ook veel hoger komen. Maar dan bleef het ebpeil soms ook steken boven het havenpeil en dus kon er dan helemaal niet gespuid worden. En vergelijken wij het gemiddelde laag water zomerpeil van -0,3m AP met het peil achter de sluis bij de beurs, het Schiepeil (-0,29 m AP) dan wordt duidelijk dat, vooral in de zomer dat deel van de sloten en grachten achter deze sluis helemaal niet doorgespoeld konden worden. En dit was toch nog bijna de helft van het jaar het geval! Want er was helemaal niet de mogelijkheid om door een watermolen of een gemaal het water op een hoger niveau te brengen. Natuurlijk wel elders in het gemeenschappelijke boezemgebied van Delfland en Schieland. Gelukkig was het laag waterpeil ook dikwijls lager: -0.6 m AP. Tussen de Lange Haven en de Broersvest was een stelsel van grachtjes en sloten, ver beneden haven peil. De Kreupelstraat stond met een schuifduiker in verbinding met de Schie en aan de andere kant met de Lange Kerkstraat en het Broersveld en de met alle sloten die daarop weer aansloten. Er was ook een buis die liep van de Lange Kerkstraat naar de sluis- kolk. Een andere verbinding was een schuifduiker van 0,48 x 1,20 m van de Lange Haven (Havensteeg) naar het lager gelegen Broersveld. Aan het begin en aan het eind van de Broersveld was er een duiker naar de Broersvest. Deze was de verzamelplaats van het spuiwater met de meegevoerde rommel en gold heel lang als de vieste gracht, maar had zelf had geen vrije afwatering. De Broersvest, de "grens" tussen Schiedam en Mathenesse had een bijzondere positie. Op de kaart van Van Deventer uit 1550 is dit nog een breed water met aan de Buitenhavenzijde een uitwatering molentje. Het Huis te Riviere lag op een eilandje. De toegang lag aan de Mathenesse zijde. Maar op de kaart van 1770 van Bol'Es was het molentje 2) Schiepeil is 29 centimeter onder Amsterdams Peil. Amsterdams Peil was het referentieniveau voor waterhoogten in Nederland; tegenwoordig is dit NAP. Scyedam jaargang 40 nr. 4 127

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2014 | | pagina 19