Nederland ook ambitie met zich om weer zichtbaar
aanwezig te zijn in de publieke ruimte, door de bouw
van nieuwe kerkgebouwen. Deze ambitie werd echter
gehinderd door de financiële beperkingen. De revo
lutionaire tijden brachten onrust met zich mee en
oorlog. Dat hinderde de handel en dus de economie
in Nederland.
Daarom werd veelal volstaan met de toevoeging van
een gevel of een kerktoren aan bestaande schuil
kerken. Volledig nieuwe kerkgebouwen waren zeer
uitzonderlijk. In Amsterdam, waar altijd nog geld
was, werd in 1796 de Duif gebouwd en in Drie-
bergen-Rijsenburg maakte de aanwezigheid van een
uitzonderlijk rijke katholiek de bouw van een klein
kerkgebouw mogelijk in 1809. In Amsterdam kwam
pas in 1820 met de Sint Catharinakerk een tweede
volledig nieuw gebouwde katholieke kerk tot stand.
Kort daarop begon de bouw van een kerk in Den
Haag én Schiedam. Het zegt veel over de economi
sche slagkracht van de Schiedamse katholieken dat
zij na de Hoofd- en Hofstad in staat waren een kerk
gebouw van enig kaliber te realiseren. De meeste
andere steden kennen pas vergelijkbare projecten in
de jaren dertig en veertig van de negentiende eeuw.
Uitzonderlijke welvaart
In Schiedam werd de kerkbouw mogelijk gemaakt
door uitzonderlijke welvaart aan het begin van de
negentiende eeuw. Deze welvaart werd onder andere
mogelijk gemaakt door grote winsten door sluik
handel op Engeland en verkoop van jenever aan de
oorlogvoerende Europese legers. Al in 1808 kocht
pater Thomas van Beekom de voormalige bier
brouwerij De Windhond of De Hazewind aan de
Lange Haven voor een bedrag van fl. 16.000,- aan.3'
De intentie was natuurlijk om dit perceel op korte
termijn te voorzien van een nieuw kerkgebouw,
maar de realisatie liet uiteindelijk bijna vijftien jaar
op zich wachten. Pas op 7 maart 1822 werd onder
een kapitaal voor de kerkbouw door burgemeester
Cornelis Nolet. Geheel tegen de verwachtingen in,
moest hij echter in 1811 faillissement aanvragen. De
verwerving van fondsen verliep moeizaam. Vandaar
dat pastoor Van Beekom zich waarschijnlijk bediende
van speculatie op de beurs om het beschikbare kapi
taal te vermeerderen. In 1817 liep dit uit op een cata
strofe waarbij het kapitaal grotendeels verloren ging.
grote publieke belangstelling de eerste steen voor de
kerk gelegd.4' De reden voor deze vertraging was van
financiële aard. Indertijd was de aankoop van het
perceel gebeurd onder de genereuze toezegging van
3) G.A. Meijer, "De Paters Dominicanen te Schiedam 1616- 4) G.A. Meijer, "De Paters Dominicanen te Schiedam 1616-19)6",
l9l6",Schiedam 1916, p. 91. Schiedam 1916, p. 97-104.
Scyedam jaargang 41 nr. 1 7