Wil de echte Liduina opstaan?
Twee merkwaardige mysteries
Dirk Jan List
Dit jaar organiseren diverse Schiedamse
instellingen activiteiten rond het thema
jaar 'Liduina'. Het is immers op 14 maart
precies 125jaar geleden dat paus Leo XIII
de verering van Liduina officieel erkende.
In tegenstelling tot wat je zou verwach
ten is Liduina (1380-1433) dus nooit zalig
noch heilig verklaard.
Miraculeus Mariabeeld
De Liduinacultus ontstond kort na de opleving van
een lokale Mariacultus.
Van Liduina is bekend dat zij als kind regelmatig
naar de Grote of St. Janskerk ging om te bidden tot
het Mariabeeld. Deze scene is afgebeeld in het boek
van Johannes Brugman en eeuwen later ook door
Schmiermann getekend.
Dit Mariabeeld was niet zomaar een beeld. Brugman
vertelt in zijn Vitae het verhaal van dit mysterieuze
en miraculeuze beeld. Het houten Mariabeeld
waartoe Liduina placht te bidden was kort voor 1380
gekocht van een beeldhouwer die het had gemaakt
om te verkopen op de markt in Antwerpen. Toen
de kunstenaar het beeld in een schip wilde laden
om het naar België te vervoeren, bleek dat het beeld
onmogelijk kon worden verplaatst. Wat de mensen
ook deden, het Mariabeeld bleef op zijn plaats. Van
pure ellende verkocht de beeldhouwer zijn werk aan
de kerk in Schiedam. De gelovigen zagen in dit
'wonder' een teken van God. Het een en ander resul
teerde in een lokale Mariaverering. Het is dan ook
niet zo vreemd dat de vrome Liduina in haar jonge
leven zich geregeld wendde tot Maria. Helaas heeft
dit Mariabeeld de Schiedamse beeldenstormen van
1566 en 1572 niet overleefd.
Een veel lagere prijs
In Delft gebeurde in deze tijd iets vergelijkbaars.
Ook in Delft woonde een godvrezende vrouw: Geer-
truyt van Oosten (±1320-1358). Zij sloot zich aan bij
de begijnen aldaar en is'1 wel zalig verklaard. Toch is
tegenwoordig Liduina veel bekender dan Geertruyt.
In 1381 werd de Nieuwe Kerk in Delft gesticht, naar
aanleiding van een verschijning van Maria boven
her Marktveld. Tijdens de bouw van de kerk - toen
nog van hout gemaakt was er een kunstenaar die
eveneens op doortocht was naar de jaarmarkt van
Antwerpen of Brugge. Hij had onder meer een
Mariabeeld bij zich. De Delftse kerk wilde dit beeld
graag aanschaffen, maar kon het niet betalen. Ook
hier was de kunstenaar niet in staat zijn beeld naar
het schip verplaatsen. Ten einde raad verkocht hij
het beeld toch maar aan deze kerk, zij het voor een
veel lagere prijs dan hij aanvankelijk had vastgesteld.
Rond dit beeld vonden meerdere wonderen plaats.
Ook dit beeld heeft de beeldenstorm niet overleefd.
Lidwina, na uvu val op 't ijs
Begon uw weg naar 'tparadijs,
Een weg van zwaar en bitter lijden
Die uitkwam bij 't zoetst verblijden.
Leer mij een zelfde weg te gaan
Door steeds na 't vallen op te staand
Het is zeer aannemelijk dat bij de verhalen rond deze
dames vermeende feiten met elkaar zijn versmolten
tot nieuwe verhalen. We moeten niet vergeten dat
het boek van Brugman een hagiografie is, dat wil
zeggen een publicatie, geschreven volgens een vast
stramien met de intentie de beschreven persoon door
de paus heilig te laten verklaren.
Het in het Latijn geschreven en gedrukte boek
52
1) Zie: www.heiligen.net
2) Bron: www.heiligen.net: Gabriêl Smit Piet Worm, Roosjes uit
de Hemeltuin, Utrecht, 1946.
Scyedam jaargang 41 nr. 2