storm moesten de rooms-katholieken met hun
cultussen ondergronds gaan.
Het graf en het stoffelijk overschot van Liduina
moest worden beschermd. Volgens de overlevering
brachten enkele priesters haar beenderen/relieken
in 1615 in allerijl en in het grootste geheim naar de
Zuidelijke Nederlanden (het huidige België).
Pas in de negentiende eeuw, toe de verering van
Liduina weer in de openbaarheid mocht geschieden,
werden de relieken naar Schiedam terug gebracht.
In 1968 werd de Frankelandse kerk - in 1931 gewijd
tot Liduinakerk - gesloopt. De Singelkerk werd in
1990 verheven tot Liduina basiliek. Hier rusten nu
haar relieken en alle andere belangrijke voorwerpen
die aan haar cultus zijn gerelateerd.
Op balken
Dit lijkt een fraai einde te zijn van een mooi moment
of verhaal. Echter... kort na de Tweede Wereld
oorlog werd de Grote of St. Janskerk gerestaureerd.
De zuidelijke zijbeuk was destijds over het graf van
Liduina heen geplaats. Tegenwoordig is in de vloer
van de kerk aangegeven waar, voor de uitbreiding
van de kerk, de Liduinakapel was gesitueerd.
In 1947 stuitten de archeologen op een grafkelder.
De situering van de kist, rustend op dwarsbalken,
was identiek aan de beschrijving van de begrafenis
van Liduina in het boek van Brugman. In het graf
lag ook nog het lichamelijk overschot van een vrouw,
inclusief een perkamenten kroon.
Liduina was begraven met een perkamenten kroon
op het hoofd en omdat zij decennia op bed had
liggen lijden wilde zij niet dat haar kist de 'grond' zou
raken. Vandaar dat de kist op balken was geplaatst.
Het mag duidelijk zijn dat de archeologen op het
enige en echte graf en de relieken van Liduina waren
gestoten. Deze Liduina wordt inmiddels ook in de
Liduina basiliek bewaard. [Scyedam, 1998, Jaargang
24, nr. 2, Het graf van St. Liduina, 'die Maghet van
Toelichting bij de illustraties
van Sjef Schmiermann
In 1933 vierden de Schiedammers een
groot feest. Zij herdachten dat Liduina
vijfhonderd jaar daarvoor was over
leden. Dit jaar markeert een belangrijke
moment uit de geschiedenis van de
verering van de Schiedamse maagd.
De lokale kunstenaar Sjef Schmiermann
liet zich in dit jubileumjaar inspireren tot
het vervaardigen van vier tekeningen
in potlood en inkt van scenes uit het
leven en lijden van Liduina. Zijn keuze
viel op vier indringende en intens religi
euze momenten. Twee ervan luisteren
dit artikel op. Het betreft St. Liduina's
devotie tot de Moeder Gods en St. Lidui
na's verlangen naar de H. Eucharistie.
Schiedam', in de Grote Kerk van Schiedam.]
Maar wie was die eerste Liduina dan? Hebben de
gelovigen de protestantse Schiedammers voor de
gek gehouden en bewust een ander lichaam naar
België verplaatst? In de hoop dat het echte graf onge
schonden zou blijven? Of is er een foutje gemaakt.
Wat er precies is gebeurd zullen we wel nooit te weten
komen. Maar dat is het mooie aan een mysterie.
Kortom, genoeg stof tot nadenken.
Sjef Schmiermann, St. Liduina's verlangen naar de H. Eucharistie, 1933, potlood en inkt op papier, 37,0 x 26,5 cm,
collectie Stedelijk Museum Schiedam. Liduina ligt als volwassen vrouw op bed, in afwachting op het ontvangen
van de H. Eucharistie (het delen van brood en wijn), (foto: J&M Zweerts Fotografie)
Scyedam jaargang 41 nr. 2
55