S. X vduitta
beeld veroordeeld worden de kerk veertigduizend
stenen te leveren, of anders per duizend stenen een
gouden Arnoldusgulden te betalen. Het overgrote
deel van de zaken ging overigens om te zoenen. En,
wat misschien opmerkelijk is, hoewel het Schie-
damse gerecht de hoge jurisdictie had, is tijdens het
leven van Liduina niet éénmaal de doodstraf uitge
sproken. Dit zou in de eeuw na haar dood regelmatig
gebeuren, onder andere in de processen wegens
tovery, (de heksenprocessen) waarvoor Schiedam
nog eeuwen berucht zou blijven.5'
Vrouwenklooster
Dan het geestelijk leven in Liduina's tijd. Schiedam
was als geheel één parochie en kende dus één paro
chiekerk, in tegenstelling tot een stad als bijvoor
beeld Delft, die er twee had. De Schiedams kerk was
al in 1262 gesticht door Aleida. In de kerk waren
wel meerdere vicariëen, altaren waaraan priesters
verbonden waren die uit de opbrengst van aan de
altaren gevestigde goederen de missen lazen.
In Liduina's leven werd nog steeds aan de kerk
gebouwd, wat onder andere bewezen wordt door
de hierboven genoemde opgelegde steenleveran
ties. Ook het gasthuis kende een eigen kapel met
een daaraan verbonden priester. Dan was er nog
het nog oudere begijnhof, bewoond door vroom
levende vrouwen die echter niet aan een orderegel
waren gebonden. Ook dit begijnhof kende een eigen
kapel met een daaraan verbonden priester. Tijdens
Liduina's leven, in 1405, werd er in de stad een
vrouwenklooster gesticht, gewijd aan de heilige
Ursula. Dit klooster, oorspronkelijk gevestigd aan
het Oude Kerkhof, werd bevolkt door zusters die
behoorden tot de derde orde van St. Franciscus.
Dit klooster kreeg in 1424 een eigen kapel met een
priester en een aantal rechten. Dat Liduina zich met
deze orde verbonden voelde, is overigens iets wat uit
haar levensbeschrijving blijkt, maar laten we die nog
maar niet opvoeren als historisch bewijs.
Stadsbrand
Schiedam moest regelmatig gewapende
manschappen leveren aan het leger van de graaf, met
name in diens strijd tegen de heren van Arkel. In
1398 waren dat er 100, in 1402 waren het er 55,
benevens vuurpijlen, brandladders en brandhaken,
in 1405 100 man, in 1407 217 en in 1408 116. We
moeten hierbij bedenken dat de stad in die dagen
tussen de twee- en drieduizend inwoners telde. Dit
moet dus een enorme invloed gehad hebben op de
toenmalige samenleving, en geen wonder dat de
dienstplicht dan ook ontdoken werd, zoals we straks
zullen vernemen.6'
Dan was er nog een andere gebeurtenis die op
iedereen in Liduina's tijd een enorme indruk moet
hebben gemaakt. Dat was de stadsbrand van 1428,
waarbij een groot deel van de stad verbrandde,
waaronder ook de kerk, en waarbij ook het eerder
genoemde Ursulaklooster tot de grond toe afbrandde.
Met behulp van het Sint Agathaklooster te Delft en
5) Gemeentearchief Schiedam, archief Gerechten van Schiedam,
archiefnr. 454 inv. nr. 35.
6) J.H.W. Unger, 'Regestenlijst voor Rotterdam en Schieland tot in
1425', Rotterdam 1907.
Liduina in H. Rosweyde, 'Generale legende der
heiligen", Antwerpen 1711. Gemeentearchief
Schiedam, collectie Liduina-comité nr. 5.
Scyedam jaargang 41 nr. 2
59