na toestemming van het stadsbestuur in 1429 kon
het klooster op een andere plek in de stad herbouwd
worden.7'
Winkler Prins-encyclopedie
Bestuur en rechtspraak, handel en nijverheid, maat
schappelijk en geestelijk leven, tot zover Schiedam,
nu Liduina. Het is opmerkelijk dat je aan de reactie
op de naam Liduina feilloos kunt afleiden of iemand
al dan niet van katholieke huize is. Voor diegenen die
zich dan ook afvragen wie Liduina was, het volgende
uit de Winkler Prins-encyclopedie, een onverdachte
en objectieve bron. Ik gebruik hierbij bewust dus
geen van haar levensbeschrijvingen, want dat mag
niet van de Volkskrant.
Welnu, zij was in 1380 uit arme ouders geboren,
werd in 1395 door een speelgenote aangereden en
brak een rib aan haar rechterzijde. De ene ontsteking
volgde op de andere. Dit lijden verdroeg ze 38 jaar
lang, terwijl zij vrijwel geen voedsel nam. Zij werd
begenadigd met visioenen en extases en kan gelden
als een vertegenwoordigster van de lijdensmystiek.
Zij stierf geheel onopgemerkt zoals zij gewenst had.
In 1890 werd de verering van de H. Liduina door
een decreet van paus Leo XIII als cultus immemori
al bekrachtigd. Aldus Winkler Prins.
Nu het eigenlijke onderwerp van dit artikel, Liduina
en Schiedam, Welke relatie was er met beiden,
behalve dan dat ze hier geboren is, gewoond heeft
en gestorven is? Heeft zij sporen in haar eigen tijd
in haar eigen stad nagelaten? En in hoeverre komen
die overeen met de na haar dood verschenen levens
beschrijvingen? Of gebeurde er, zoals de Volkskrant
veronderstelde, weinig tot niets?
Kroniek van Windesheim
Laten we eens beginnen met een prachtige bron, de
in al in 1904 gepubliceerde Aantekeningen van een
stadsklerk, daterend uit de vijftiende eeuw. Hierin
komen notities voor als: anno 1405, item doe wort
graef Willem gebult en int selve jair kuerden d'luden
van Delf, dat nyement duer onse haven varen soude.
Of; anno 1420, item ontfangen van veel personen
boeten, omdat sy ter heervaert geboden waren en
thuysbleven of: anno 1427 item doe verwarf heer Dirc
Spuelinc, pastoir, an den biscop, dat men hier singen
soude. Enzovoort, enzovoort. Je zou hopen dat hij
ook iets over Liduina zou vermelden, maar helaas
rept hij over haar met geen woord. Maar dit hoeft
op zich niets te betekenen, want juist archivarissen
zijn zich er van bewust dat je een bron altijd in zijn
context moet zien en deze dus niet moet overvragen.
Deze aantekeningen waren namelijk vooral bedoeld
als aide memoire, voor intern gebruik. Iets wat dus
algemeen bekend was, hoefde niet te worden
genoteerd.8'
Zijn er dan alleen maar postume bronnen over haar,
Liduina op een gravure naar Pieter Soutman
door Cornelis Visscher, 1650. (Gemeentearchief
Schiedam beeldnummer 27770.)
Cxt. xiv Fracta rw ciaciï Cost* XXXni Houo»v« m
Obiit A'dom: M. CCCC.XXXIII. Apriiis XIV. Rako ai Akciio Accbpto.
lytR-iolMjtjd van Schiedam naet dal iiiophct yf tea Kibhhad Gebroken t» ft Siel Ir bed tdyven l.cjjcn dra tvt va
- r_ :!r> XXXIII laren.i» Geflorvcn Inf I«r des Hcercn M.CCCC XXXIII. den ^Apnl oud X1VB.laren.
7) Zie noot 3.
60
8) K. Heeringa, 'Rechtsbronnen derstad Schiedam', 's-Gravenhage
1904.
Scyedam jaargang 41 nr. 2