van paters (de Dominicaner orde, die de Havenkerk bediende, was een internationale orde) of van parti culiere opdrachtgevers. De familie Nolet, waarvan diverse takken zich niet onbetuigd laten als donateur van belangrijke kunstwerken, was in oorsprong een Brugse familie. Bij de schenkingen van de altaar stukken speelden directe familiebanden een wezen lijke rol.6' De Schiedamse opdrachtgevers beperkten hun keuzemogelijkheden nog verder doordat zij hoge eisen stelden bij hun selectie. De kunstenaars de wand aanwezig was. Slechts enkele jaren later werd dit venster door de bouw van de pastorie dichtgezet. Volgens de notulen van de kerkmeesters brengt de pastoor in een vergadering de noodzaak naar voren om veranderingen aan te brengen aan het altaar en hij stelt voor hierover overleg te voeren met 'mr beeldhouwer Strackee te Delfshaven'.7' In 1847 schonk Cornelis Johannes Nolet wederom een altaarstuk van de hand van Van IJsendijck, zodat de drie altaren een fraai ensemble konden vormen. De familie Stracké was een van en ateliers die voor de inrichting werden gebruikt, behoorden in hun tijd tot de absolute top. De gebroeders Stracké De verfraaiing van het interieur van de Havenkerk nam een start met de schenking in 1842 van de twee monumentale altaarstukken voor de zijaltaren. Deze schilderijen van Antonius of Antoon van IJssendijck (1801-1875) werden geschonken door Cornelis Johannes Nolet (1771-1851). Het hoogal taar werd 'overgeslagen', omdat hier een venster in oorsprong Duitse familie die zich in 1842 in Arnhem had gevestigd. Ignaz Stracké (1790-1875) had in Berlijn gewerkt. Zijn zonen Franz Stracké (1820-1898) en Johann Theodor Stracké (1817-1891) werkten eerst vanuit zijn atelier. De beide zonen namen in 1852 deel aan een Tentoonstelling voor Nijverheid in Arnhem, de eerste openbare tentoonstelling waar religieuze kunst een onderdeel was. Beide zonen leverden werk voor de Havenkerk. Johann was betrokken bij de nieuwe ombouw en was de Stracké die zich in Delfshaven had geves tigd. Dat hij in 1847 in Delfshaven was gevestigd blijkt zonneklaar uit de kerkmeestersnotulen, maar is in de literatuur niet bekend. Daar wordt aangenomen dat hij pas in 1848 uit Brussel naar Rotterdam verhuist, op het moment dat hij als docent aan de plaatselijke Academie van Beeldende Kunsten wordt benoemd.8' In Brussel had Stracké gestudeerd aan de Academie onder leiding van de beeldhouwer Willem Geefs (1805- 1883).Ook schijnt hij in Leuven bij Karei Geerts 6) Zie artikel over altaarstukken 7) GAS 52, inv 22 Notulen Kerkmeesters 1844-1847, 28juli 1847. 8) RKD recordnummer 75613. 9) Geefs was een gerenommeerd kunstenaar en maakte onder andere het standbeeld van Pieter Paul Rubens op de Groenplaats in Antwerpen (1843). 88 Scyedam jaargang 41 nr. 3

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2015 | | pagina 12