het Rijksmuseum en het Centraal Station
in Amsterdam. Hij genoot zijn opleiding
deels aan de academie van Antwerpen, waar
hij onder andere lessen volgde van Francois
André Durlet (1816-1867).201
De communiebank bestond uit een brede
knielbank over de volle breedte van de kerk.
Het ontwerp voor de neobarokke bank is
mogelijk van de hand van Cuypers, hoewel
de hand van de individuele beeldsnijder bij
de uitvoering niet kan worden uitgevlakt. De
bank bestaat uit drie rijk gesneden panelen,
voorzien van rolwerk, gevormd door koren
aren (verwijzing naar het brood of de hostie),
wijnranken (verwijzing naar de miswijn) en
drakenkoppen (mogelijk als verbeelding van
het overwonnen kwaad). Ieder paneel heeft
centraal een medaillon. Het centrale paneel
verbeeldt een zittende Christus met een
verbeelding van de hostie. In het paneelvak
links hiervan een zittende Maria met kind en
rechts een zittende Jozef, herkenbaar aan zijn
bloeiende staf. Op de staande delen tussen
de panelen en op de hoeken zijn nissen met
rolwerk aanwezig. In deze nissen staan putti,
elk voorzien van attributen met betrekking
tot de misviering, zoals een miskelk, een
hostievat, een wierookvat en een bijbel. Twee
'vleugels' of uiteinden van deze bank werden
in 1869, zeer tegen de zin van familie van
de schenkers, verwijderd omdat het priesterkoor
opnieuw werd ingericht na de totstandkoming
van het nieuwe altaar. Op deze vleugels waren de
familiewapens afgebeeld. Deze vleugels zijn niet
meer aanwezig maar werden overgebracht naar de
Singelkerk.
In 1858 neemt de pater Dominicus de Groot het
initiatief om het Maria-altaar te vernieuwen. Het
oude altaar wordt verwijderd. De oorspronkelijke
beelden blijven in de kerk bewaard, maar keren niet
terug op het altaar. Het nieuwe altaar, het taber
nakel en de beeldengroep worden vervaardigd door
het atelier Cuypers/Stoltzenberg. In 1859 wordt het
meubel naar de kerk verscheept en in datzelfde jaar
gewijd. Tegelijk met het altaar, wordt de lijst van het
altaarstuk verfraaid. De aanname is gerechtvaardigd
dat het een ontwerp van Pierre Cuypers betreft,
hoewel in de uitwerking de hand van individuele
beeldsnijders en meubelmakers niet kan worden
onderschat. De opzet van de beeldengroep, geplaatst
op een wolkenpartij, is voor het werk van Cuypers/
20) Durlet ontwierp in de Havenkerk de in 1868 geplaatste
ombouw van het hoogaltaar.
Scyedam jaargang 41 nr. 3
95