Fa. MEIJER STEGMANN
de helft van de leerlingen de opleiding tot smid.
Pas na 1900 kwamen andere metaalbewerkings- en
elektrotechnische opleidingen tot ontwikkeling.
Maar de vraag naar grotere en zwaardere machine
delen nam toe en daarvoor werden valhamers geïn
troduceerd waarbij men van een hoogte een zwaar
gewicht op het te smeden werkstuk liet vallen. En
het open smidsvuur werd vervangen door een gloei-
oven. Soms werd voor de opwaartse en ook wel voor
de neerwaartse beweging stoom voor de aandrijving
gebruikt. Grote fabrieken hadden, begin twintigste
eeuw, soms meerdere van deze hamers. Wilton
had vier hamers van 250 tot 1.250kg valgewicht.
Ook het bedrijf Fijenoord, waarmee Wilton later
zou samengaan, had enkele hamers. Een volgende
ontwikkeling was een pers met een pneumatische
of hydraulische aandrijving die het smeedstuk met
grote kracht tot de gewenste vorm drukte, al of niet
met als hulpstukken als ijzeren mallen of matrijzen.
Tot 1912 was de zwaarste in Nederland 400 ton.
Toen installeerde Wilton op haar werf in Delfshaven
een pers van 2.000 ton, die jarenlang de grootste in
ons land bleef. De grote krukassen en scheepsassen
hoefden toen niet meer geïmporteerd te worden.
In 1950 werd deze pers nog gemoderniseerd, wat
niet wegneemt dat een decennium later deze buiten
gebruik kwam. Nog later waren er in Nederland
helemaal geen grote smeedpersen meer. In Schiedam
heeft nog een bijzondere smederij bestaan. Tot 1952
werden bij de Anker- en Kettingfabriek nog ankers en
kettingen gesmeed. Toen stopte men met de ankers
en met de hand smeden van de schalmen. Men
ging verder met op een moderne manier kettingen
te maken. Begin jaren tachtig werkten er nog zestig
man toen het werd verplaatst naar en opgenomen in
het bedrijf van HVO in Vlaardingen. Maar deze is
al lang geleden failliet gegaan en totaal verdwenen.
Lassen
De meest gangbare methode om twee stukken
metaal aan elkaar te verbinden is om een metalen
staaf ('electrode') te doen versmelten met de aangren
zende metalen delen. Door via de laselektrode een
elektrische stroom te voeren wordt deze zo warm,
dat deze smelt en ook de randen van te verbinden
stukken worden opgewamd. Na afkoeling is er een
verbinding ontstaan. Veel machineonderdelen en
constructies, die vroeger gegoten of gesmeed werden
worden nu gemaakt van aan elkaar gelaste stukken
staal. Maar het meest bekend zijn natuurlijk grote
staalconstructies en schepen, waarvan de platen en
profielen aan elkaar gelast worden. Lassen, al ver
voor de Tweede Wereldoorlog ontwikkeld, heeft een
grote vlucht genomen en het aan elkaar klinken met
nagels verdrongen. Men heeft (en soms terecht) lang
wantrouwend gestaan tegenover de techniek van het
lassen. Na eind jaren vijftig worden ook de boven en
onder huidplaten van een schip, die nog lang werden
geklonken, ook gelast. Bij klinken wordt door de
in de beide stukken staal geboorde gaten een hete
klinknagel met aan een kant een bolle kop gestoken.
Met speciaal gereedschap wordt aan de andere kant
nu ook een bolle kop gevormd. Want het hete mate
riaal is taai en vervormbaar. Na afkoeling krimpt
de nagel en verbindt de delen stijf tegen elkaar. Een
Telefoon 68166
Roodkoperen toren- en dakbedekkingen
distilleerketels en filters
GIETERIJ VAN NON-FERRO METALEN
AANLEG van GAS, WATER en ELECTRICITEIT
SCHIEDAM Telefoon 68266
Meijer Stegmann, advertentie uit 1953. Hoewel er al een
halve eeuw onder de naam Meijer koperslagers bekend
waren, kwam omstreeks 1900 een bedrijf Meijer Steg
mann waar distilleerketels werden gemaakt. Eerst met
handkracht, later met machines, met stoom aangedreven.
Hadden vroeger de koperen ketels een inhoud van 4.500-
5.000 liter en werden ze met kolen gestookt, later werd
het proces veel meer beheersbaar door gas of elektrische
verwarming en konden de ketels kleiner zijn: 2000 liter of
kleiner. In 1955 werden deze nog steeds gemaakt, maar er
werd toen veel meer gelast. Toen goot men ook nog zelf
bronzen koppelstukken en aluminium gasbranders. Twintig
jaar later bestond het bedrijf aan de Westmolenstraat nog,
maar adverteerde voor aanleg van centrale verwarming en
elektrische installaties. Ook dit bedrijf bestaat inmiddels al
lang niet meer.
Scyedam jaargang 41 nr. 3