voor de worstmakerij. Op de eerste verdieping waren
een voorkamer en een slaapkamer en op de zolder
bevonden zich de slaapkamers voor de kinderen.
Van der Geer had geen eigen ruimte om te slachten.
Hij deed dat in de werkplaats van collega C. van
der Most. Deze had een slagerij op de hoek van het
Broersveld en het Herenpad en op het Herenpad een
werkplaats. Toen in 1942 het openbaar slachthuis
(abattoir) aan de Vlaardingerdijk geopend werd,
slachtte Van der Geer daar zijn koeien, totdat het
zelf slachten niet meer toegestaan was.
Hij kocht zijn vee meestal op de veemarkt in
Rotterdam bij de Goudse Rijweg. Dat was nog een
zaak van onderhandelen met de veehandelaar, met
handje klap, om tot een overeenstemming over de
prijs te komen. Het was zaak om het gewicht van de
koe goed in te schatten!
'Rooie Jaap' regelde dat de gekochte koe via één van de
veevervoerders naar Schiedam kwam. Deze bekende
figuur op de veemarkt was een tussenpersoon voor
de kopers van koeien en de veetransporteurs.
Beuling
In de worstmakerij werden verschillende soorten
worst, zult, rolpens en hammen gemaakt en zo
nodig in de rookkast met eikenmot gerookt. Een
specialiteit van Van der Geer was beuling (smalle
leverworst). Er kwamen nogal eens klanten die
een stuk beuling meenamen. Dat gold bijvoorbeeld
voor mensen die bij de bushalte stonden te wachten.
Dikwijls waren dit zeeloodsen die teruggingen naar
hun basis.
Er waren zo'n twee a drie knechten, die meehielpen
in de winkel en ook de uitbrengwijk verzorgden. Cor
Bergkotte was vele jaren bij Van der Geer in dienst,
tot zijn vijfenzestigste jaar. Cor slachtte samen met
zoon Kees de koeien. Er was ook een dienstbode.
Van der Geer wilde niet dat zijn vrouw meehielp in
de winkel. Zij deed het huishouden, verzorgde de
koffie en de thee, verrichtte hand- en spandiensten
in de worstrokerij en ving de mensen op die wat
langer een praatje wilden maken. Haar man stuurde
ze dan door naar achteren, naar zijn vrouw.
Piet stopte met werken na de overdracht aan zijn
Met koe voor de winkel. Eerste van rechts (kleine jongen) Kees van der Geer, daarnaast vader Piet van der
Geer en daarnaast knecht Cor Bergkotte. Uiterst links knecht Leen de Boer (1934). (Foto: auteur)
Scyedam jaargang 42 nr. 1
25