In mei 1922 wordt de jaarwedde bijgesteld door
het Ministerie van Onderwijs Kunsten en Weten
schappen. Daarbij verkrijgt hij ook een kindertoelage
van f. 171,- met de toezegging van jaarlijkse verhoging.
Volgens oud-leerlingen Theo en Annie de Vette-
Keijzer was meester Ruijs een plichtsgetrouwe,
strenge meester. Hij kon goed voorlezen en was
zeer godsdienstig. In de Tweede Wereldoorlog werd
er lichamelijke opvoeding gegeven door de rond de
school verblijvende Duitse soldaten. Meester Ruijs
deed mee en ook vele leerkrachten, al dan niet voor
eigen plezier.
Privé had meester Ruijs het niet gemakkelijk, vier van
zijn kinderen werden levenloos geboren of leefden
maar een paar dagen. Uiteindelijk telde het gezin
tien kinderen. Zijn oudste dochter Jo, geboren in
1913, overleed op 30 augustus 1933 op twintigjarige
leeftijd, zij leed aan tuberculose en lag in een tentje
voor de onderwijzerswoning te 'kuren', wat in die
tijd een middel was om te genezen van tuberculose.
In februari 1952 viert meester Ruijs zijn 40-jarig
jubileum als onderwijzer aan de Sint Jacobusschool
en op 21 april 1952 gaat hoofdonderwijzer Ruijs met
pensioen. De heer P.J. Beekman wordt hoofd. Een
aantal nazaten van meester Ruijs woont nog steeds
in Kethel.
Scyedam jaargang 42 nr. 2
Meester Ruijs met 2 leerlingen. (Foto: auteur)