Rotterdams Nieuwsblad.
Zijn dagboek was jarenlang in een doos bewaard
gebleven. De huidige eigenaar Dick Mak, neef van
Wim Hagers, die het nog niet lang in bezit had, vond
het tijd dat anderen het nu ook konden inzien.
Het is een bijzonder document. Wim Hagers schreef in
een gewoon kantoorcahier zijn belevenissen op, vanaf
het moment dat hij op 10 november werd opgepakt,
om als dwangarbeider in Duitsland te gaan werken,
omdat de eigen Duitse jongeren in de Wehrmacht, het
Duitse leger, vochten.
Dag voor dag beschrijft hij hoe het hem verging, in
dun potloodschrift, af en toe moeilijk te lezen. Boven
dien is het cahier met vele herinneringen volgeplakt,
zoals Duitse bonkaarten, persoonlijke documenten,
bioscoopkaartjes, rekeningen, interviews, sigaret
tendoosjes, te veel om op te noemen. Verder is er nog
een aantal losse documenten, zoals landkaarten met
de opmars van de Geallieerden. Totaal zijn het meer
dan honderddertig persoonlijke herinneringen die het
dagboek zo uniek maken.
Elke dag
Het is duidelijk dat dit alles bewaard moet worden,
vooral omdat veel stukken uit oorlogspapier bestaan
en dat valt nu zo langzamerhand uit elkaar. Dat is de
reden voor de schrijver van dit artikel om het complete
dagboek te digitaliseren, zodat het voor anderen ook
beschikbaar is en het origineel niet meer door vele
handen hoeft te gaan. Het boek met de bijlagen is
inmiddels aan het Gemeentearchief van Schiedam
aangeboden.
Bijzonder is dat het boek een echt dagboek is, dus geen
herinneringen van jaren later, nee, Hagers heeft elke
dag, vanaf 10 november 1944 tot 17 mei 1945 als het
dagboek plotseling stopt, vlak voor zijn terugkeer naar
Schiedam, beschreven wat hem overkwam. Kort, in
een soort telegramstijl, maar wel duidelijk, vooral voor
degenen die de oorlog bewust meegemaakt hebben.
De tocht per rijnaak waarin eerder steenkolen waren
vervoerd, vanuit de Merwehaven in Rotterdam naar
Zwolle, van daaruit lopen en overnachten in Wezep.
Dan per trein naar Duitsland, waarbij sommigen uit
de wagons ontsnapten. Via Essen komen Hagers en
zijn medeslachtoffers uiteindelijk in Düsseldorf terecht
en wordt hij bij de firma Bernsau te werk gesteld achter
een grote boormachine, waarvan de boor overigens
vaak kapot ging. Hij kreeg er contact met allerlei
medeslachtoffers van de Duitse zucht naar arbeids
krachten in de fabrieken.
Hagers beschrijft vrij koel, hij was tenslotte journalist,
de strijd om en de bevrijding van Düsseldorf. Dan
komt de periode van pogingen om terug te keren naar
Schiedam, maar dit laat lang op zich wachten want
het westen van Nederland zucht nog onder de bezet
ting en de honger. Hagers komt in Eindhoven terecht
waar hij af en toe werkt bij Radio Herrijzend Neder
land. Hij ontmoet er collega's, radioverslaggevers en
journalisten. Hij zit dicht bij het vuur, is een enkele
maal omroeper van dienst en hij ensceneert zelfs
voor de radio een vraaggesprek met Hitier (Dagboek:
'Maandag 23-4-'45 Interview met Hitier gemaakt
(tekst en gramofoonplaten van eigen stem van Hitier)'.
Uit die dagen bij de radio is ook de getypte versie van
een interview met Mussert, dat Hagers' collega Sjoerd
de Vrij maakte en dat werd uitgezonden op 10 mei
1945.
Natuurlijk bevat het document ook momenten dat
Hagers een sterk verlangen uitspreekt naar zijn vrouw
Nora van Vlaanderen die, zoals zo vele vrouwen,
alleen achterbleef en hoopte dat haar man onge
schonden terug zou keren. Dat gebeurt uiteindelijk
ook, omstreeks 17 mei 1945.
Wim Hagers overleed al op 11 oktober 1953, slechts
45 jaar oud. Of het gedwongen verblijf in Duitsland,
met alle ontberingen, hiermee te maken heeft, is
onbekend.
Scyedam jaargang 42 nr. 4