Poortman (1808-1886) behoorde Vaillant tot de
drijvende krachten in de liberale kiesvereniging
Orde (politieke partijen bestonden toen nog niet).
Poortman was een vooraanstaand liberaal politicus.
Hij was een invloedrijk Tweede Kamerlid alsook
gemeenteraadslid (1837-1859) en van 1851 tot 1859
wethouder. Daarna was hij van 1867 tot zijn over
lijden lid van Provinciale Staten. Een van Vaillants
dochters trouwde met een zoon van de notaris.
Van 1863-1867 was Vaillant lid van de gemeen
teraad. Enige malen was hij kandidaat voor de
Tweede Kamer, in 1873 en 1875 in het kiesdistrict
Delft. Aanvankelijk waren het vooral de conser
vatieven, die hij bestreed. Deze moesten weinig
hebben van de ideeën van de Thorbecke-liberalen.
Zo profileerde Vaillant zich tegenover hen onder
meer als man van de volksschool. Later kwamen
daar de confessionelen van rooms-katholieke en
protestantse zijden bij. Tegenover hun streven naar
gelijkstelling van bijzonder onderwijs met openbaar
onderwijs kwam Vaillant op voor de neutrale school,
die niet aan een bepaald geloof verbonden was. Het
onderwijs moest naar zijn mening niet onderges
chikt gemaakt worden aan geloof.
Verheffing van het volk
De sociaal-liberalen en ook Vaillant streefden naar
'verheffing van het volk'. Zij hechtten daarbij veel
waarde aan volksonderwijs en —ontwikkeling.
Op verzoek van Thorbecke werd Vaillant schoo
lopziener in een van de districten in Zuid-Holland.
Deze functie was in het begin van de negentiende
eeuw in het leven geroepen om toezicht te houden
op de uitvoering van de onderwijswetten en op de
kwaliteit van het onderwijs. De opziener bezocht
de scholen enige malen per jaar en begeleidde de
schoolmeesters. Vaillant besteedde nadrukkelijk
aandacht aan de positie van het volkskind in het
onderwijs. Voorts is hij nog voorzitter geweest van
de 'Onderwijzersvereeniging afdeling Schiedam' en
van het curatorium van de Latijnse school (het latere
gymnasium).
De volksontwikkeling kreeg vooral aandacht in
de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Deze
maatschappij wilde de ontwikkeling van het gewone
volk bevorderen door kennisvermeerdering en
opvoeding. Ze deed dit door het stichten van scholen,
bibliotheken, het verzorgen van uitgaven, de organ
isatie van lezingen, het verrichten van sociale zorg
en het opzetten van spaarbanken. Vaillant was als
bestuurslid en voorzitter actief in het departement
(plaatselijke afdeling). Hij was de oprichter van het
eerste zangkoor in Schiedam, een voorloper van de
muziekschool, was betrokken bij het opzetten van
de volksleesinrichting en een cursus in handenar
beid. Deze laatste zou meer dan tachtig jaar gegeven
worden. Voorts was hij voorzitter van het bestuur van
de Vereeniging Musis Sacrum, dat geen onderdeel
was van 't Nut, maar in de zaal van de vereniging
aan de Lange Haven hield de Maatschappij haar
lezingen. Welke positie Vaillant had in 't Nut bleek
bij de feestelijke herdenking van het 95-jarig bestaan
van het departement op 16 december 1892. Vaillant
was toen voorzitter. In de Schiedamsche Courant
van 17 december 1892 lezen we dat HaverSchmidt
een 'geestige causerie' hield en dat voorzitter Vail
lant tot erelid en erevoorzitter werd benoemd. Om
een indruk van het gebeuren te geven, waarbij veel
getoost werd:
'Met den zilveren departementalen beker in de
hand, nam de voorzitter het woord, om een drank
uit te brengen op onze aanvallige Koningin, welke
door het algemeen aangeheven "Wien Neeerlandsch
bloed" gevolgd werd.'
Daarop werd Vaillant bedankt voor zijn vele goede
werk en kreeg hij het erelidmaatschap en erevoorzit
terschap toegekend en een sierlijk diploma.
'Met een dankbetuigenden toost op het departement
werd dit huldebetoon onder luid applaus door dr.
Vaillant aanvaard.'
Volkshuisvesting
Verbetering van de woningbouw was een onlosmak
elijk onderdeel van het streven van de verbetering
van de levensomstandigheden van het volk. Ook
op dit terrein was Vaillant actief. Inl854 nam de
136
Scyedam jaargang 43 nr. 4