kwam. Geen metershoge uitpuilende kasten meer en
alles toegankelijk gepresenteerd.
De bibliotheek was er zondermeer op vooruit gegaan,
maar de echte grote verandering moest toen eigenlijk
nog komen. Achteraf kun je zeggen, dat het gebouw
aan het Stadserf al een paar jaar na opening was
achterhaald. De wereld veranderde snel en met name
de komst van het internet zorgde voor een omme
zwaai in de (bibliotheek)wereld. Gekscherend kun
je zeggen dat een bibliotheek tot 2000 nog veel weg
had van die van Alexandrië maar daarna, voor de
tijdreizende Alexandrijn onherkenbaar is geworden.
'Heeft de openbare bibliotheek nog wel bestaans
recht?', was een veel gestelde vraag onder vakgenoten.
Bestaansrecht, zeker, maar dan moest het wel hele
maal anders, vond Karin Visser, die aan het begin
van het nieuwe millennium aantrad als directeur.
Voortvarend pakte zij zaken aan. Ze vernieuwde het
management en zorgde dat nieuwe ontwikkelingen
konden worden opgepikt. Met elan haalde Visser
de bibliotheek Schiedam uit het verdomhoekje. De
zichtbaarheid werd groter, filialen werden onder
druk gesloten, maar op (alle) basisscholen en in
seniorenwoningen en verzorgingstehuizen werden
uitleenpunten geopend.
Het internet maakte het mogelijk thuis op de bank
e-books te downloaden, boeken te reserveren om ze
op verschillende plaatsen (dichtbij huis) af te halen.
Samenwerking met instellingen en groeperingen in
de stad werd steeds urgenter en belangrijker. Grote
evenementen als Boek Bal werden georganiseerd,
Tibetaanse monniken maakten een zandmandala in
de bibliotheek en nieuwe burgers werden er welkom
geheten in Nederland. Het aanbod was divers en
veelkleurig.
Was de bibliotheek er tot dan toe voor iedereen
geweest, vanaf nu was zij van iedereen.
Scyedam jaargang 44 nr. 2
43