Staken had in bepaalde mate ook zijn goede kant. Ik herinner mij als jongetje in de jaren vijftig dat mijn vader op een zeker moment toch wel verdacht veel thuis was. Ziek was hij niet. Dus vroeg ik: "Pa, waarom ben je thuis?" "Ze zijn aan het staken", kreeg ik als antwoord. Heerlijk, dacht ik, fijn nu heb ik echt een vader voor mij alleen. Ze mogen van mij elke dag wel staken. Maar helaas, de werkelijkheid was toch anders. Dat er bij diezelfde staking niet al te zachtzinnig met elkaar werd omgegaan, vertelde mijn vader later. Bijvoor beeld, toen een baas een groep stakers aan boord van een reparatieboot met een grote bek probeerde tegen te houden, werd hij zonder pardon overboord gekieperd. Nee, staken deed je immers niet voor niets. Het was vaak bittere noodzaak om te strijden voor een betere toekomst. Memorabel is het jaar 1970 toen drieduizend werk nemers bij de scheepswerf Wilton-Fijenoord het werk neerlegden. Na een paar dagen lagen alle Rotterdamse havens plat. De eis was een loonsverhoging van 400 gulden. Het was en is nog steeds de grootste salaris verhoging van de vorige eeuw. De eis: 400 gulden netto erbij van 1 september tot en met 31 december. Dat komt neer op 25 gulden netto in de week. De vakbonden moesten even bijkomen van de schrik, maar steunden uiteindelijk dan toch de staking. De bonden vroegen de metaalwerkgevers FME (Federatie voor de Metaal- en Elektrotechnische industrie) 400 gulden bruto. Dat vonden de stakers te weinig. Bruto is geen netto. Ze staakten verder zonder de steun van de bonden. Nadrukkelijk eisten de werknemers hun deel op van de groeiende welvaart, na vele jaren hard werken aan de wederopbouw van het land, in de periode na de Tweede Wereldoorlog. Staken, staken'Opstand' tegen de werkgever! Maar niet alleen tegen de werkgever. Ook tegen de rechtsorde. In 1972 braken bij Wilton-Fijenoord en Gusto stakingen uit nadat de president van de Amsterdamse rechtbank in twee vonnissen de indu striebond een stakingsverbod oplegde. De bond hield zich daaraan. Maar uit protest tegen de uitspraak brak er vanuit de koperslagerij van Wilton-Fijenoord een wilde staking uit die zich als een olievlek verspreidde. Arbeiders van beide bedrijven sloten de poorten. "Wij laten ons niet de mond snoeren, we gaan zo langzamerhand naar een politiestaat toe en dat pikken we niet", waren veel gehoorde woorden. Staken dus, het antwoord van het gestaalde kader. Staken, het woord klinkt in Schiedam bijna als nostalgie net zoals heimwee naar Wilton-Fijenoord óf desnoods Gusto. M Scyedam jaargang 44 nr. 3 83

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2018 | | pagina 11