plassen! Deelname aan het kamp, dat een week
duurde, kostte vijf gulden per kadet. De Schiedam
mers zetten zichzelf met dit 'debuut-kamp' overigens
onmiddellijk op de kaart, door en passant even de
hoogste prijs te winnen. Behalve de sport-wisseltrofee
werd ook de 'Blauwe Wimpel' binnengehaald. Deze
prijs werd aan het eind van een zomerkamp uitge
reikt aan het korps dat zich het meest had onder
scheiden op het gebied van netheid, gedrag, optreden
en kameraadschap. Niet slecht voor een eerste kamp.
Het korps zette hiermee gelijk de toon en in de vele
kampen die volgden, zouden de Schiedammers altijd
in de hoogste regionen verkeren. "Zonder de andere
korpsen teniet te doen, mogen wij gerust zeggen dat
het zeekadetkorps Schiedam tot een van de betere
afdelingen van onze organisatie behoort", schreef
voorzitter Marius Witkamp destijds in het landelijke
blad 'de Zeekadet'.
In deze jaren werd ook de basis gelegd voor de vele
kampen en weekends die de zeekadetten jaarlijks
gingen organiseren, ruwweg te verdelen in werk- en
zeilkampen. Bij de werkkampen bleef men doorgaans
gewoon in Schiedam en sliep men aan boord van de
SpicaDe dagen werden gevuld met onderhoud en
werkzaamheden, de avonden met ontspanning en
spel. De zeilkampen werden over het algemeen op de
Zuid-Hollandse en Zeeuwse wateren doorgebracht,
zoals het Haringvliet en het Brielse Meer, hoewel er
later ook koers gezet werd naar het IJsselmeer, met
een basiskamp op Pampus.
Scyedam jaargang 44 nr. 4