Stadskroniek
Wibra-architectuur blijft Schiedam ontsieren
De binnenstad van Schiedam kent prachtige en
verrassende doorkijkjes. Wie wel eens in de Koren
beurs moet zijn, zal dat beamen. Tegelijkertijd wordt
oud Schiedam ontsierd door grote hoeveelheden
architectonische shit. Nee, dat gaat te ver. De histo
rische gevelrijen worden te vaak onderbroken door
trieste middelmaat. Duidelijke voorbeelden daarvan
zijn te zien op de Hoogstraat en de Dam, waar zielloze
nieuwbouw werd neergezet op de plek van afgebrande
pakhuizen. Ook de Nieuwe Passage en het ABC-
complex getuigen van deze fantasieloosheid.
Dat is geen oude traditie. Het gebouw Singelwijck
(Hemaflat), de HAV-bank en de oude Passage laten
zien dat men hier ter stede ooit architecten in de arm
durfde te nemen met grootse concepten. Zij maakten
nieuwbouw tot een verrijking maar die durf is op de
een of andere manier weggesijpeld. Sinds de jaren
vijftig is risico mijden het parool. Je zou kunnen
zeggen: Schiedam volgde het Rotterdamse voorbeeld
na maar dan kleinschaliger en zonder het elan. Dat is
tot op de huidige dag zo gebleven.
Hoog is opgegeven over de, zo goed in de sfeer van
de oude Brandersbuurt passende, woningen die zullen
verrijzen op de plek van de oude brandweerkazerne,
naast de lullige jaren zeventig bouw aan Raam en
Verbrande Erven. Inmiddels is duidelijk wat er komt.
Onder de misleidende naam Leven in de Branderij
worden fantasieloze gevels opgetrokken, voor een deel
met schuine daken, die op geen enkele wijze verwijzen
naar bijvoorbeeld de tuitgevels die ooit de branders-
knechtenwoninkjes kenmerkten. Daar zijn aan de
overkant nog drie voorbeelden te zien. Het is Zeeman
en Wibra-architectuur uit het confectieatelier.
Uit datzelfde atelier komt overigens ook de nieuwbouw
buiten de binnenstad, zoals de bruine rijtjeshuizen
die de wederopbouwflats tussen Van Haarenlaan, de
's-Gravelandseweg en de Parkweg hebben vervangen.
De zogenaamde herenhuizen achter het Schieland-
ziekenhuis en de Poldervaart zijn van hetzelfde laken
een pak, evenals de buurt ten oosten van Tuindorp.
Dertien in een dozijn allemaal.
Nu komt de Historische Vereniging er - hopelijk nog
niet te laat - achter, dat de armenschool achter het
Blauwhuis wellicht wordt neergehaald omdat men te
beroerd is de structuur van dit negentiende eeuwse
gebouw te eerbiedigen. De projectontwikkelaar kiest
liever voor de bekende koekoek-eenzang die we in de
stad al op zoveel plekken aantreffen.
Dit alles noopt tot grote zorg over de toekomst van
het Dirkzwager-kwartier, het stuk Brandersbuurt
tussen Noordvest, Schie en 't Groenweegje. Er wordt
van alles beloofd met betrekking tot eerbied voor het
historische karakter van dat stukje stad, maar wie ziet
wat men tot nog toe daaronder verstaat, slaat de schrik
om het hart: Schiedam.saaiheid troef. En dan begin
ik niet eens over die volstrekt mislukte Kloosterplaats.
Moet dan het oude Schiedam zoveel mogelijk worden
teruggebouwd? Dat zou net zo goed nep wezen. Nee,
de oude brandersstad zou de inspiratie moeten zijn
voor echt gedurfde nieuwbouw. Dat kan best. Dat
hebben ze in Zaandam ook gedaan. Daar groeven
ze hun Gedempte Gracht weer open en omzoomden
die met kleurrijke panden megagebouwen soms
maar helemaal vormgegeven in de sfeer van de Zaanse
huisjes. Zo creëerden zij een stadshart vol leven en
verrassingen, waar inmiddels architecten uit de hele
wereld naar komen kijken.
Maar zulke moed, dat is te veel gevraagd voor
Schiedam.
Han van der Horst
Historicus
Voorzitter comité Open Monumentendag Schiedam
Scyedam jaargang 45 nr. 2
47