kocht je spijkers en petroleum. Je had kapsalon Van
der Burg. banketbakkerij Het Westen. Je had ook
nog Van der Meer en Schoep. Vlak na de oorlog was
er nog niet veel te eten. Dan ging je daar met een
kussensloop naar toe en dan kreeg je stukjes koek
en kaak van ze. En dan de RMI (de Rotterdam-
sche Melkinrichting). In die winkel waren alleen
zuivelproducten te koop. Dan had je nog Naring de
schilder, en glas-in-loodramen maakten ze ook.
Om de hoek van de Fabristraat was het café van de
heer en mevrouw Huet. Daar mochten we vaak limo
nade drinken. Eens in de week kwam de ijskoets, ze
brachten dan ijsstaven. Er vielen wel stukken ijs op
de grond, daar gingen we aan likken. De mannen
die de staven kwamen brengen hadden juten zakken
op hun hoofd en om hun handen. Ook weet ik nog
dat de paarden vijgen lieten vallen in de straat en
dan zaten er zoveel mussen op die vijgen. 'Daar
zitten zaadjes in', wist mijn vader te vertellen. 'Die
eten de mussen er uit'.
Vanuit ons bovenhuis konden we de BK-laan zien
en het Gemeenteziekenhuis. Zo zagen we ooit Ierse
koeien lopen door de BK-laan, op weg naar het abat
toir, roodbruine koeien.
Tegenover ons was de ambachtsschool. We deden
volop verstoppertje op het terrein van de school. In
de oorlog werd dat gebouw bezet door de Duitsers.
Er werden allemaal stapelbedden neergezet in de
lokalen. De soldaten konden zo bij ons naar binnen
kijken. Nu hadden wij afrikaantjes in de venster
bank, om te laten zien dat we oranje-gezind waren.
Dat was toch niet zo verstandig.
En op een gegeven moment ging het op mijn
kamertje lekken. Er waren scherven van de bom die
vlak daarvoor in de Veenlantstraat was gevallen, op
ons dak terecht gekomen.
Naast ons woonde de familie Tuit. Ze waren bij het
Leger des Heils en ze deelden de Strijdkreet uit in
de straat. De familie Van Vliet had een koe op het
weilandje bij het ziekenhuis.
Wat hebben we veel gespeeld: tollen, diabolo, stelt
lopen, ballen met drie tegen de muur. Schipper mag
ik overvaren, touwtjespringen, buten, door al die
zijstraten. We knikkerden in de goot.
In 1963 ben ik getrouwd. Bij Kruijer Ris, ook een
zaak bij ons in de straat, kocht ik mijn uitzet. We
hebben eerst twee jaar ingewoond in de Tielman
Oemstraat. Ik ging bij mijn moeder de was doen,
dat was lekker dichtbij."
GAS, beeldnummer 27768, firma Naring, hoek Sint Liduina-
straat en Warande
Foto huis, collectie mevrouw Van der Haagen
Scyedam jaargang 45 nr. 2
65
