de jaren dertig en veertig geen mens in Nederland enige
notie van had. Mijn oom Ernst kampte in dezelfde tijd
met vergelijkbare problemen, die nooit begrepen zijn
laat staan juist gediagnosticeerd. Hij woonde op het
adres Liduinastraat 100b, waar ook ik geboren zou
worden, iets minder dan tien jaar na Maarten Bies
heuvel, op 19 mei 1949. We moeten elkaar tegen het
lijf zijn gelopen maar de gymnasiast Biesheuvel had
natuurlijk geen oog voor een tienjarig vierdeklassertje.
En ik evenmin voor zulke grote jongens.
Vader Cornelis Biesheuvel schijnt een somber en
teruggetrokken man te zijn geweest. Het huwelijk
met Huibertje was niet goed. Man en vrouw hadden
geleerd elkaar te dulden. De kinderen brachten vanzelf
sprekend veel zorgen met zich mee, zeker omdat de
hulp aan mensen oud of jong met een afwijkende
geest op een onvergelijkbaar veel lager peil stond dan
tegenwoordig.
Onwrikbaar fundament
Het geloof was wel een onwrikbaar fundament om je
op staande te houden. De familie Biesheuvel maakte
deel uit van de gereformeerde kerk, in Schiedam
stevig gevestigd, recht in de leer en ambitieus.
Ze bezat aanvankelijk twee kerkgebouwen, een in de put
van de Rotterdamsedijk, waar nu woningen uit de jaren
tachtig staan en een op de Plantage, tegenwoordig het
hoofdkwartiervandeHersteldHervormdeninSchiedam.
Daar kwam in 1930 de al genoemde Julianakerk bij.
In de jaren vijftig slaagden de gereformeerden erin nog
twee kerken te bouwen, de Goede Haven op de hoek
van de Havenstraat en de Havendijk en de Magnalia
Dei op de Loeffstraat in Nieuwland, tegenwoordig
cultureel centrum van de Alevieten. De Plantage-
kerk werd in diezelfde tijd door de gereformeerden
afgestoten.
Na veel vijven en zessen wist Maarten Biesheuvel een
gymnasiumdiploma te behalen. Hij besloot rechten te
studeren in Leiden. Eva ging met hem mee om Russisch
te doen bij professor Karei van het Reve.
Ze zijn er altijd blijven wonen en hebben, voor zover wij
weten, nooit meer getaald naar een huis in Schiedam.
Het Westen
De vraag is nu: hoe ziet het Schiedam van Maarten
Biesheuvel eruit? In hoeverre komt het overeen met
de stad zoals ze er in de jaren vijftig en zestig bij lag?
Uit de vele verhalen waarin Schiedam voorkomt, blijkt
dat Maarten net zo geconcentreerd was op het Westen
als zijn vader. De andere wijken van de stad spelen
nauwelijks een rol. Het gaat steeds over het stuk tussen
pakweg de voormalige Julianakerk en de Vijfsluizen.
Maarten richtte in zijn werk de blik wél verder west
waarts want daar lag in Vlaardingen het Groen van
Prinsterer, een strak gereformeerde middelbare school
met een gymnasiumafdeling. Ook Maassluis en Hoek
van Holland liggen binnen de horizon maar bijvoor
beeld het Van 't Hoffplein niet. Het Stedelijk Gymna
sium waar Maarten Biesheuvel van zijn vader zijn
opleiding mocht afmaken nadat het in Vlaardingen
mis was gelopen, speelt echter wel een rol. Dat was toen
gevestigd in het Blauwhuis op de Lange Nieuwstraat.
Maarten kwam er bij Eva in de klas. Ook wordt de
lezer binnengeleid bij de Tankercleaning aan de kop
van de Wilhelminahaven want daar gaat Maarten als
tiener, in een beroemd verhaal, snel veel geld verdienen.
Ten slotte is er nu en dan sprake van Kethel.
Losgebikt uit de puinen
Wie de verschillende locaties op een rij zet, stelt vast
dat vele inmiddels zijn afgebroken. De flat op de
Burgemeester van Haarenlaan maakt deel uit van de
Slachthuisbuurt, de eerste echte wederopbouwwijk van
Schiedam. Voor de bouw had de gemeente de hand
weten te leggen op een grote partij stenen, in 1940
losgebikt uit de puinen van Rotterdam. Dat waren
er bij elkaar vijftig miljoen geweest, die allemaal voor
tal van projecten zijn hergebruikt. Omdat ze waren
zwartgeblakerd door de branden liet de gemeente alle
flatgebouwen met muurverf wit schilderen. De hele
Slachthuisbuurt heeft plaats moeten maken voor de
middenklasse woningen van de distillateurswijk.
De Tankercleaning raakte door milieuschandalen in
opspraak en ging in 1983 failliet. Het bedrijf maakte
wel een soort doorstart.
De Julianakerk moest in 1988 plaats maken voor
88
Scyedam jaargang 45 nr. 3