een kleine veertig jaar heeft hij verschillende posities bekleed binnen het stadsbestuur [zie kader]. Het is deze Robbert Gordon naar wie de Gordonstraat is vernoemd. Binnen de stedelijke functies en de gilden wordt het familiewapen zichtbaar in de stad. Het wapen is onder meer gebruikt voor het verzegelen van charters en is ingegraveerd en geschilderd op verscheidene voorwerpen waaronder gildestukken.61 Brander aan de Lange Haven Niet ver van de woning op de Vismarkt koopt Robbert Gordon op 14 mei 1701 aan de westzijde van de Haven, naast het Rasphuis en de zoutketen bij de Rode Brug, 'een huis en erf met loods, pakhuis, zoutkassen en tuin daar achter gelegen'. Hier begint hij een brandersbedrijf, voorzien van twee rouw- of ruwketels en een distilleerketel waarmee het uitgegiste beslag werd gestookt, gedistilleerd en verder bewerkt. Hij wordt lid van het gilde voor brandewijnbranders en distillateurs en is van 1718-1720 ook een van de 'Hoofdluijden'. Na zijn dood blijft weduwe Maria van Reyn vier jaar lang, van 1724-1728 eigenaresse van de branderij en is zij als 'gildezuster' zelf lid van het gilde.7' Robbert Gordon overlijdt op 1 mei 1724, 60 jaar oud en wordt vier dagen later bijgelegd in de grafkelder bij zijn ouders. Maria van Reyn keert enkele jaren later terug naar het Quakernaat in Rotterdam. Na haar overlijden op 6l-jarige leeftijd wordt zij op 8 november 1732 begraven in de Grote Kerk van Rotterdam. Joan Gordon, Secretaris der stad Schiedam Joan Gordon (1693-1769) is de oudste zoon van Robbert en Maria, geboren in het Quakernaat in Rotterdam en hier in huis gedoopt op 3 maart 1693. Op 29-jarige leeftijd treedt hij op 20 oktober 1722 in Schiedam in het huwelijk met de drie jaar jongere Clasina van Dobben (1696-1761). Zij krijgen drie kinderen waarvan twee dochters, Maria (1723-1775) en Anna Eduarda Elisabeth (1726-1783), volwassen worden. Joan volgt zijn vader binnen het stadsbestuur en vervult ruim vijftig jaar lang het belangrijke ambt van Secretaris der stad Schiedam, van 1717 tot aan zijn dood in 1769. De secretaris was met de stadsadvo caat, of pensionaris, de belangrijkste functionaris van de stad. Als secretaris is Joan ook direct betrokken bij besluitvorming en regelgeving rond branderijen, waarbij ordonnanties en aanvullingen en uitbrei dingen op de gildebrief en keuren door hem werden ondertekend als vertegenwoordiger van het stadsbe stuur.8' Joan wordt ook zelf eigenaar van twee brande rijen, in de Boterstraat en in de Hoogstraat. Dubbele petten, belangenverstrengelingen en een old boys network zijn kenmerkend voor het stedelijke en gewestelijke bestuur in de 17e en 18e eeuw. Binnen de familie Gordon blijkt dit wanneer vader Robbert, als president burgemeester in 1717, betrokken is bij de aanstelling van zijn zoon Joan tot secretaris. Uit de aanstelling blijkt bovendien dat deelname aan het stadsbestuur een serieuze en kostbare aangelegen heid was: 'Robbert Gordon president burgemeester en raad dezer stede stelt zich borg voor de getrouwelijk heid van zijn zoon Johan Gordon door burgemeesters en vroedschappen dezer stede aangesteld tot secretaris dezer stede en dat ter somme van 2000 gld'.9' Deze verklaringen omtrent gedrag en garantstellingen kwamen geregeld terug. De bedragen betreffen een boeteclausule die de secretaris zou moeten doen wanneer zou blijken dat hij zijn werk niet goed uitvoerde. De twee secretarissen stonden daarbij borg voor elkaar. 6) Naast een zilveren cilinder (H-00003841) beschikt het Stedelijk Museum over een gildekist (H-00000244) en Gildekan (H-00000245). Met bijzondere dank aan Merel van der Vaart die mij attendeerde op de gildestukken. Jeff Jansen schreef eerder over de intrigerende zilveren cilinder 'Raadselachtig gildezilver' in: Musis (juni 1996) pp. 36-38. 7) ORA Schiedam, inv.nr. 354, fol. 200; inv.nr. 358, fol. 244v; GAS, Toegang 316: Inventaris van het archief van het branders- of stokersgilde, inv.nr. 3092 (resolutiën); inv.nr. 3095 (rekening boeken 1694-1787). 8) GAS, Toegang 304: Archief van het Sint Obers- of Bakkers- en gruttersgilde, inv.nr. 3022 (Gildebrieven, alteratiën, ampliatiën). 9) ORA Schiedam, inv.nr. 357, fol. 158, op 11 november 1717. Ter indicatie, het bedrag vertegenwoordigde een koopkracht van 50.000 gulden, ruim 22.600 euro in 2018 (via: Internatio naal Instituut voor Sociale Geschiedenis). 50 Scyedam jaargang 46 nr. 2

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2020 | | pagina 14