Ons Hofje
mv^dtrrrwirsMy
Hennie Konings
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog
woonde Hennie Konings op het hofje tus
sen de Lange Kerkstraaten de Herenstraat.
Hij blikt onder meer terug op het primitieve
maar toch ook gezellige wonen en op het
leven op en rondom het hofje.
Vanaf mijn geboorte in 1945 tot mijn twaalfde
jaar woonden we met ons gezin op het holje.
Iedereen noemde onze woonplek zo, want een
echte naam had het niet. Langer geleden had
het wel een naam. Toen heette het Holje van
Verboom, maar dat was ver voor mijn tijd.
Ons hofje was gelegen tussen de Lange Kerkstraat
en de Herenstraat. Ik meen me te herinneren dat
ik ooit las dat het eind achttiende eeuw gebouwd
was. Ons postadres was Herenstraat 25/8. Iedereen
woonde op Herenstraat nummer 25 met een klein
nummer erachter. Mijn oma woonde naast ons op
25/10 en mijn oom met zijn gezin tegenover ons op
25/11. Mijn oma en opa kwamen in 1927 met hun
gezin op het hofje wonen. Toen waren die woningen
nog niet op het elektriciteitsnet aangesloten en mijn
tante vertelde ooit dat ze in haar kinderjaren nog
gaslicht hadden.
Ons hofje kon je van twee kanten bereiken. Van de
ene kant ging je in de Lange Kerkstraat ernaartoe
door de Schotse Poort. Liep je die door, dan passeerde
je eerst een paar woninkjes aan de linkerkant. Die
woninkjes hadden een onmiskenbare krotuitstra
ling en waren dan ook onbewoonbaar verklaard.
Ze deden nog wel dienst als opslagruimte. In het
midden van de steeg, aan de rechterkant, was er een
deur naar het plaatsje achter een slagerij, die rechts
van de Schotse Poort gelegen was. De steeg met de
naam Schotse Poort eindigde op een plek die wij
Achter de Heining noemden. Daar ging je dan een
paar stappen linksaf een steeg in, die Bleekerstraat
heette, waar de doorgang naar ons hofje was.
Vanuit de Herenstraat, dus van de andere kant, kon
je ook op het holje komen, via een toegangspoort die
geen naam had. En na een smalle doorgang, waar
rechts nog twee woninkjes gelegen waren, kwam
je op ons hofje. Die twee woninkjes kon je wel het
30
Scyedam jaargang 47 nr. I